11

Re: Processen

Een losse gedachte: zou wel een keer de samenstelling van de jury willen zien in het proces van de moorden in de Herderliedsstraat.

12

Re: Processen

In mei 1987 veroordeelde het hof van assisen van Brabant kapitein Barbier tot de doodstraf voor zijn aandeel in de dubbele moord. Een rechercheur uit het onderzoek naar de Bende van Nijvel deed tot ongeveer 1989 speurwerk naar de WNP, omdat er een mogelijke link was tussen de Bende en extreemrechts. Hij vond niet echt een link, maar kwam tot het besluit dat Marcel Barbier opdraaide voor een moord die hij niet had gepleegd. Dat zei de politieman toen ik [Hilde Geens] hem leerde kennen in de tweede helft van de jaren '90, en vijftien jaar later zei hij dat nog.

Tegenover de eerste parlementaire onderzoekscommissie, die moest bekijken waarom het onderzoek naar de Bende van Nijvel fout liep, ging advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie Patrick Duinslaeger niet zo ver, maar hij gaf toe dat het dossier van de dubbele moord voor het hof van assisen was gebracht zonder dat er voldoende elementen waren. Hij liet uitschijnen dat justitie geen andere oplossing zag om een einde te maken aan het al vijf jaar durende voorarrest van Marcel Barbier.

De parlementsleden vroegen de magistraat niet hoe justitie in zo'n benarde situatie beland was dat er niets anders op zat dan met een onaf dossier naar assisen te gaan. Wilden ze het antwoord op die vraag liever niet horen? Het antwoord is ook niet prettig: er is nooit een onderzoek naar de dubbele moord geweest. Je kunt het nog anders formuleren: het onderzoek naar de dubbele moord werd geleid door de daders. Zij maakten hun groep bekend, zij gaven zichzelf aan, zij leverden de aanwijzingen en de getuigen, en dat was het dan. 

Dus werd het proces een fiasco. Er waren minstens twee moordenaars. De tweede beschuldigde, Eric Lammers, werd vrijgesproken, maar heeft de moord daarna bekend bij de Cel Waals Brabant. In België kun je, in tegenstelling tot de Scandinavische landen, Engeland en Duitsland en sinds de lente van 2013 ook Nederland, niet opnieuw vervolgd worden voor hetzelfde feit als er nieuw bewijs is. Lammers is vrij voor eeuwig en altijd.

Het is hier geen theater

Ik [Hilde Geens] had het assisenproces van de dubbele moord in Anderlecht dag na dag gevolgd. De beelden van de grijnzende Lammers met zijn brutale Keltenkop die zijn moeder afsnauwde omdat ze huilde tijdens haar getuigenis, zal ik nooit vergeten. Een van zijn advocaten, de ondertussen overleden Jean-Paul Dumont, toen een Brusselse sterpleiter, schakelde geregeld over op een vrouwenstem. Zijn cliënt knipoogde naar iemand in het publiek. Dumont morste water, veegde het met zijn toga op de grond. Een schoolmeisje op de eerste rij onderdrukte een giechel. De voorzitster van het Brusselse assisenhof, Nicole Lumen, vroeg het publiek om niet voortdurend te lachen. "Het is hier geen theater."

Maar dat was het wel. Met waarheidsbevinding had het proces niet veel te maken. Als je de zaal binnenkwam, kreeg je een elektroshock van de spanning. Iedereen zat iedereen te begluren. Het was mei, de hitte was drukkend en de sfeer sinister. Achter de meisjesklas was het een komen en gaan van de fine fleur van extreemrechts en extreem-links, van nazi's uit de oorlog en neonazi's van later, van criminelen, politici en politiemensen. Oudere, meestal Franstalige collega's, gidsten me langs hun bekende koppen.

Je zag in de sombere, stoffige zaal meer mannen met zonnebril dan op het strand van Rimini. Heren in regenjas waren stiekem in de weer met cassetterecorders. Twee veertigers in pak en das zaten altijd op dezelfde plaats onverstoorbaar te kauwgommen, de ene met een zware microfoon ostentatief in zijn vestzak. Achteraan in de zaal liep een van de merkwaardigste Brusselse politiesterren van de jaren '70 en '80, Guy Goffinon met zijn rode kop en zijn witte haren, de hele tijd te ijsberen. (...)

Bij het binnenkomen in de gerechtszaal moest iedereen door een veiligheidssluis. Dat was niet naar de zin van De Standaard-verslaggever Louis de Lentdecker. Hij richtte zich tot collega Walter De Bock van De Morgen: "Dat ze dat hier scannen," hij zwaaide naar de persbanken, "tot daaraan toe. Maar dat wij door zo'n apparaat moeten. Schandalig!" De Bock liep rood aan en gaf geen antwoord.

Op de derde rij siste een man met tulband en baard "chantage!" toen de voorzitster wegens tijdsgebrek het reglement niet voorlas. Tussen de juryleden en beschuldigden stond een kleine tafel. Veel lag er niet op: een geweer, documenten en een plastic zak met damespantoffels.

In het publiek zat een man die nooit lachte, vader Vander Meulen. Het ging hier over zijn zoon Fons, die op 18 februari 1982 in de Herderliedstraat in Anderlecht moest knielen tegenover zijn vriendin Francesca Arcoulin voordat ze allebei werden doodgeschoten en hun de keel werd afgesneden.

Bron: Beetgenomen | Hilde Geens

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube

Re: Processen

Belgische Staatsveiligheid in duistere dubbelrol

Het proces tegen zes vermoedelijke leden van de Bende van Nijvel werd vorige week verrassend stopgezet. Een onderzoeksrechter had nieuwe feiten aangedragen die erop zouden wijzen dat achter de Bende een goedgeorganiseerde, wellicht uiterst rechtse organisatie schuilgaat.

Nu begint steeds duidelijker te worden dat achter die organisatie wel eens niets minder dan de Staatsveiligheid, de Belgische BVD dus, zou kunnen schuilgaan. Zo werd gisteren bekend dat de Belgische justitie vorige week bij deze dienst een aantal dossiers in beslag heeft genomen. Een opmerkelijke stap, omdat de Staatsveiligheid en de gerechtelijke politie over het algemeen goede maatjes zijn. Dat de dienst zelf als misdaadorganisatie optreedt gelooft overigens niemand, maar wel dat zijn ambtenaren er verkeerde activiteiten op nahielden.

De dienst kwam in het nieuws door een proces dat gisteren voor de Brusselse rechtbank begon tegen tien leden van de extreem rechtse organisatie Westland New Post. Een al jaren bestaande club van mensen die er racistische ideeën op nahouden, in bossen schietoefeningen houden, nazisymbolen gebruiken en zelfs uniformen zouden dragen.

Hun leider, Karl De Lombaerde, een oud SS'er, evenals zijn inmiddels overleden voorganger Paul Latinus. Diens tweede man, Marcel Barbier, zit levenslang uit voor een dubbele moord. Geen lieve jongens dus.

De tien staan terecht op beschuldiging van het vormen van een privé-legertje en van diefstal van documenten. Voor de rechtbank gaven zij toe geheime stukken te hebben gestolen uit het NAVO-hoofdkwartier in Brussel. Maar zij verklaarden tegelijk dat zij gehandeld hebben op bevel van leden van de Staatsveiligheid.

Hoewel banden tussen de Bende van Nijvel en de Westland New Post nog niet zijn aangetoond, is al vaker gesuggereerd dat die iets met elkaar te maken zouden hebben. Een aantal hoofdverdachten van de bende komt ook uit uiterst rechtse kringen, waar wapengebruik en een militaire aanpak gemeengoed zijn.

Een van die verdachten, de oud-rijkswachter Robert Beijer, is gisteren door de Belgische politie opgepakt. En die Beijer verklaarde tegenover een verslaggever van de Luxemburgse radio onomwonden dat achter de Bende van Nijvel een rechts complot steekt, geleid door leden van de Staatsveiligheid, de Gerechtelijke Politie en de Rijkswacht. Volgens Beijer zouden die de bedoeling hebben gehad om door middel van terreurdaden in België zo'n publieke spanning te creëren, dat de ordediensten meer middelen en een grotere invloed op de samenleving zouden krijgen. Zelfs de bomaanslagen van de steeds als communistisch beschouwde CCC zouden daar volgens Beijer toe kunnen behoren.

Het is ook opvallend hoe in de stukken over de Bende van Nijvel en de WNP steeds weer namen van (voormalige) politie- en justitiefunctionarissen opduiken. Op het Bende-proces in Mons staan een ex-rijkswachtagent en twee leden van de Bijzondere Opsporings Brigade (BOB) terecht. De BOB is de rijkswachteenheid die de georganiseerde misdaad moet bestrijden.

Zoals al eerder zijn er ook nu weer te veel toevalligheden om nog toevallig te zijn. Bewijzen heeft justitie nog niet, maar de verklaringen van de onderzoeksrechter in Mons hebben duidelijk gemaakt dat men sporen heeft die nog tot verrassende uitkomsten kunnen leiden.

Bron: Leeuwarder Courant | 26 Januari 1988

14

Re: Processen

Pierre Morlet: "Het dossier van de telexendiefstal in het leger en van de dood van Paul Latinus heb ik wel gesuperviseerd. Dat was een juridische catastrofe. Nochtans was die diefstal een doodsimpele zaak. Er waren bekentenissen afgelegd en de bewijzen waren in beslag genomen bij de mensen die bekend hadden. Simpelere kun je niet bedenken."

"Volgens artikel 119 van het strafwetboek was dit een politiek misdrijf, dat moest beslecht worden door het hof van assisen. Het parket van Brussel heeft de beslissing genomen om de zaak naar de verkeerde rechtbank te brengen. Daar is zeer fel over gecorrespondeerd tussen het parket-generaal en het parket van Brussel, maar we hebben nooit iets anders dan een vage uitleg gekregen. Dat probleem heeft het dossier om zeep geholpen."

Bron: Beetgenomen | Hilde Geens

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube

Re: Processen

Ik heb dit nieuwsfragment enkele keren opnieuw bekeken. Hier worden toch een aantal zeer opmerkelijke uitspraken gedaan. De moeite vind ik om eens aandachtig, woordelijk te bestuderen » YouTube

Vooral als je daarna dit filmpje bekijkt » YouTube

De gewelddadige fractie van WNP dus als instrument van extreemrechtse krachten. Bovenstaande filmpjes lijken mij haast een soort van publieke bekentenis. Men weet immers dat er geen bewijskracht is en dat een proces futiel is.

16

Re: Processen

Maandag begint in Brussel proces in verband met mysterieuze moorden in rechtse groep

Maandag begint voor het assisenhof in Brussel een proces tegen twee mannen die verdacht worden executies te hebben uitgevoerd en documenten te hebben gestolen van de Navo en de Generale Staf van België. Ook zouden zij lid zijn geweest van de verboden neo-naziclub Westland New Post. De zaak is interessant omdat het gaat om politieke afrekeningen in extremistische politieke milieus en om de ledenlijst van de organisatie. De laatste zou namen van beroepsmilitairen en leden van de Staatsveiligheid bevatten. De zaak is aan het rollen gekomen toen de politie van de Brusselse gemeente Vorst in augustus 1983 een man aanhield die zojuist op een Noordafrikaan had geschoten. Bij de arrestant, Marcel Barbier, werd vervolgens huiszoeking verricht.

Er werd beslag gelegd op diverse wapens, mappen met instructies voor paramilitaire eenheden, plannen voor ontvoeringen en verslagen van oefeningen. Verder werden gegevens aangetroffen over het bestaan van Westland New Post (WNP), die in de plaats was getreden van het verboden Front de la Jeunesse, een extreem rechtse en paramilitaire organisatie die krachtens een wettelijk verbod op dergelijke clubjes leek te zijn opgedoekt. Tevens werden enkele plastic zakken aangetroffen met geheime telexen en Navo-documenten die blijkbaar afkomstig waren van de Belgische Generale staf die hoofdkantoor houdt in het Navo-gebouw te Evere.

Dubbele moord

Gedurende de verhoren bekende Barbier een belangrijk delict. Hij zei een van de twee daders te zijn bij een dubbele moord op de als uiterst links bekend staande Fons Vandermeulen (31) en zijn vriendin Francesca Arcoulin (44). De stoffelijke overschotten werden anderhalf jaar voor het schot in Vorst, en wel in februari 1982, aangetroffen in een appartement in de gemeente Anderlecht. Vandermeulen en Arcoulin bleken gewurgd en daarna met kogels doorzeefd te zijn. Volgens deskundigen betrof het een executie: Vandermeulen zou agent voor de KGB zijn geweest. Interessant is dat Barbier al op het moment van de moord werd verdacht van medeplichtigheid. Maar het parket werd toen bedolven onder alibi's die ten faveure van Barbier werden verstrekt door militairen. Het parket zag toen van verdere rechtsvervolging af. Kort daarna trok Barbier zijn bekentenissen in. In een lange brief schreef hij dat hij opdracht van bovenaf had gekregen om de bekentenis af te leggen.

De opdracht zou volgens B. zijn verstrekt door Paul Latinus, toen "maarschalk" van de WNP. In werkelijkheid zouden de executies zijn uitgevoerd door Eric Lammers. De laatste staat maandag als tweede verdachte terecht. De naam Latinus deed een bel rinkelen bij Staatsveiligheid: "hij had daar in 1980 vergeefs gesolliciteerd. Het spoor Latinus leidde vervolgens naar betrokkenheid van functionarissen van Staatsveiligheid bij de handel en wandel van WNP. Minister Gol (Justitie;) verklaarde eind 1983 naar aanleiding daarvan in een besloten kamerzitting dat zijn diensten in en om WNP opereerden en dat er niets aan de hand was. Latinus zelf zal niet voor het verdachtenhekje verschijnen. Hij twerd eind april 1984 dood aangetroffen in het huis van zijn vriendin in het Waals-Brabantse dorp Court-St.Etienne.

Bron: NRC Handelsblad | 2 Mei 1987

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube

Re: Processen

VAKANTIEKAMER - 9 augustus 1989  - VOORZIENING IN CASSATIE - TERMIJNEN VAN CASSATIEBEROEP EN VAN BETEKENING - VOORBARIG CASSATIEBEROEP - STRAFZAKEN - ARREST VAN DE KAMER VAN INBESCHULDIGINGSTELLING HOUDENDE VERWIJZING VAN EEN VERDACHTE NAAR HET MILITAIR GERECHT - GEEN BESLISSING OVER EEN BEVOEGDHEIDSGESCHIL - CASSATIEBEROEP VÓÓR DE EINDBESLISSING - ONTVANKELIJKHEID.

Wanneer de verdachte voor de kamer van inbeschuldigingstelling betwist dat, in geval van verwijzing, het bevoegde vonnisgerecht een ander kan zijn dan het hof van assisen, is het arrest van dat onderzoeksgerecht dat, om de verdachte naar het militair gerecht te verwijzen, uitspraak doet over dat bevoegdheidsgeschil dat enkel betrekking heeft op de bevoegdheid van het vonnisgerecht, geen arrest inzake bevoegdheid, in de zin van art. 416, tweede lid, Sv.; het is een voorbereidend arrest en een arrest van onderzoek, in de zin van voormelde bepaling waartegen pas na het eindarrest cassatieberoep kan worden ingesteld (1).

(SAUCEZ, DE JODE, LIBERT)
ARREST (vertaling)
(A.R. nr. 7695)

HET HOF; - Gelet op het bestreden arrest, op 18 mei 1989 gewezen door het Hof van Beroep te Brussel, kamer van inbeschuldigingstelling, rechtdoende als rechtscollege waarnaar de zaak is verwezen;

Gelet op het arrest van het Hof van 21 september 1988:

Over het geheel van de voorzieningen:

Overwegende dat uit het bestreden arrest noch uit enig stuk waarop het Hof vermag acht te slaan, blijkt dat de eisers de onbevoegdheid hebben aangevoerd van de kamer van inbeschuldigingstelling die kennis moest nemen van de hun verweten feiten, die de tegen hen ingebrachte bezwaren moest beoordelen en die hen, in voor komend geval, moest verwijzen naar een vonnisgerecht;

Overwegende dat de eiser Frederic Saucez, die als enige een conclusie heeft genomen voor dat onderzoeksgerecht, verre van de bevoegdheid ervan te betwisten, dat gerecht integendeel gevraagd heeft de buitenvervolgingstelling of, subsidiair, aanvullende onderzoeksmaatregelen te bevelen en, nog meer subsidiair, enkel betwist heeft dat, in geval van verwijzing, het bevoegde vonnisgerecht een ander dan het hof van assisen zou kunnen zijn;

Overwegende dat aldus het bestreden arrest dat, om de eisers naar het militair gerecht te verwijzen, uitspraak doet over een bevoegdheidsgeschil dat enkel betrekking heeft op de bevoegdheid van het vonnisgerecht, geen arrest inzake bevoegdheid is in de zin van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering; dat het dus een voorbereidend arrest en een arrest van onderzoek is en dat de voorziening, nu ze vóór de eindbeslissing is ingesteld, niet ontvankelijk is;

Om die redenen, ongeacht de middelen van de eisers Frederic Saucez en Michel Libert wier memories geen verband houden met de ontvankelijkheid van hun voorziening, verwerpt de voorzieningen; veroordeelt iedere eiser in de kosten van zijn voorziening.
________________________________________________________________________________________________________

9 augustus 1989 – 2e kamer – Voorzitter: de h. Chatel, eerste voorzitter - Verslaggever : de h. Ghislain – Gelijkluidende conclusie van de h. Velu, eerste advocaat-generaal - Advocaten : mrs. Georges, Brussel, en Veldekens, Brussel.

(1) Zie Cass., 16 nov. 1931 (Bull. en Pas., 1931, I, 286) met conl. adv.-gen. Sartini van den Kerckove, 4 dec. 1933 (ibid., 1934, I, 93); 26 nov. 1945 (A.C., 1946, 249); 24 nov. 1947 (ibid., 1947, 379) met noot R.H., 7 juni 1971 (ibid., 1971, 996); 10 okt. 1972 (ibid., 1973, 151) en 30 nov. 1976 (ibid., 1977, 371) met noot E.K.

Bron: Arresten van het Hof van Cassatie - Gerechtelijk jaar 1988-1989 – Deel IV

Re: Processen

Merovinger wrote:

Gelet op het arrest van het Hof van 21 september 1988

Dat arrest is hier te vinden » bib.kuleuven.be

Re: Processen

Nog een ander arrest van het Hof van Cassatie over de WNP-zaken.

HOF VAN CASSATIE - 2e KAMER - 21 september 1988

1° REGELING VAN RECHTSGEBIED
STRAFZAKEN - TUSSEN  ONDERZOEKS- EN VONNISGERECHTEN - BESCHIKKING TOT VERWIJZING NAAR DE CORRECTIONELE RECHTBANK WEGENS POLITIEKE MISDADEN EN WANBEDRIJVEN EN WEGENS DAARMEE SAMENHANGENDE MISDRIJVEN - ONBEVOEGDVERKLARING VAN HET HOF VAN BEROEP - VERNIETIGING VAN DE BESCHIKKING EN VERWIJZING NAAR DE KAMER VAN INBESCHULDIGINGSTELLING

2° BEVOEGDHEID EN AANLEG
STRAFZAKEN - BEVOEGDHEID - VONNISGERECHT WAARBIJ DOOR AFZONDERLIJKE BESCHIKKINGEN FEITEN WAARVOOR HET WEL EN FEITEN WAARVOOR HET NIET BEVOEGD IS, AANHANGIG ZIJN GEMAAKT - ONBEVOEGDVERKLARING WEGENS SAMENHANG - ONWETTIGHEID.

3° SAMENHANG
STRAFZAKEN - AANHANGIGMAKING VAN DE ZAAK BIJ DE RECHTER - VERSCHEIDENE AKTEN VAN AANHANGIGMAKING - BEVOEGDHEID  VAN  DE  RECHTER OM UITSPRAAK TE DOEN OVER DE FEITEN AANHANGIG GEMAAKT DOOR EEN VAN DE AKTEN - ONBEVOEGDHEID VOOR DE FEITEN VAN DE ANDERE AKTEN - GEVOLG.

4° REGELING VAN RECHTSGEBIED
STRAFZAKEN - TUSSEN  ONDERZOEKS- EN  VONNISGERECHTEN - VONNISGERECHT WAARBIJ DOOR AFZONDERLIJKE BESCHIKKINGEN WANBEDRIJVEN NAAR GEMEENRECHT WAARVOOR HET BEVOEGD IS, EN POLITIEKE MISDADEN EN WANBEDRIJVEN WAARVOOR HET NIET BEVOEGD IS, AANHANGIG ZIJN GEMAAKT – ARREST WAARBIJ  HET VONNISGERECHT ZICH WEGENS HET BESTAAN VAN SAMENHANG ONBEVOEGD VERKLAART WAT DE WANBEDRIJVEN NAAR GEMEENRECHT BETREFT - GEDEELTELIJKE VERNIETIGING VAN HET ARREST - VERWIJZING NAAR HETZELFDE, DOCH ANDER SAMENGESTELDE HOF VAN BEROEP.

1° Wanneer de raadkamer een verdachte naar de correctionele rechtbank heeft verwezen wegens politieke misdaden en wanbedrijven en wegens daarmee samenhangende misdrijven, het hof van beroep zich bij een in kracht van gewijsde gegaan arrest onbevoegd heeft verklaard en er vooralsnog tegen de beschikking van verwijzing geen enkele voorziening openstaat, vernietigt het Hof, op het verzoek tot regeling van rechtsgebied, de beschikking van de raadkamer en verwijst het de zaak naar de kamer van inbeschuldigingstelling (1).

2° en 3° Wanneer bij een vonnisgerecht door afzonderlijke verwijzingsbeschikkingen feiten aanhangig zijn gemaakt waarvan sommige wel en andere niet tot zijn bevoegdheid behoren, kan dat gerecht zich niet wettig onbevoegd verklaren voor de gehele zaak, terwijl het zelf vaststelt dat de verschillende feiten samenhangend zijn (2).

4° Wanneer de raadkamer bij afzonderlijke beschikkingen een verdachte naar de correctionele rechtbank verwezen heeft, enerzijds, wegens wanbedrijven naar gemeenrecht, anderzijds, wegens politieke misdaden en wanbedrijven, en het hof van beroep zich op grond van samenhang onbevoegd verklaart voor het geheel, vernietigt het Hof, op een verzoek tot regeling van rechtsgebied, het arrest van het hof van beroep in zoverre het zich onbevoegd heeft verklaard voor de gemeenrechtelijke wanbedrijven en verwijst het de aldus beperkte zaak naar hetzelfde, doch anders samengestelde hof van beroep (3).

(PROCUREUR-GENERAAL BIJ HET HOF VAN BEROEP TE BRUSSEL IN ZAKE LIBERT E.A.)
ARREST (vertaling)
(A.R. nr. 7032)

HET HOF; - Overwegende dat de raadkamer van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel, bij beschikking van 11 Juni 1985, in de zaak I met nr. 69.20.32 647/83 in de notities van het parket van de procureur des Konings te Brussel:

1° Barbier Marcel, René, Albert, zonder beroep, geboren op 4 augustus 1959 te Charleroi, wonende Parmastraat 42, te Sint-Gillis, thans wegens een andere zaak in hechtenis;

2° Libert Michel, privé-detective, geboren op 19 februari 1958 te Brussel wonende Sint-Bernardusstraat 35 te Sint-Gillis, heden naar de correctionele rechtbank heeft verwezen ter zake dat ze beiden in het gerechtelijk arrondissement Brussel en, bij samenhang, elders in België:

A. met overtreding van de artikelen 1, 2 en 3 van de wet van 29 juli 1934 waarbij de privé-milities verboden worden, welke artikelen aangevuld zijn door de wet van 4 mei 1936, een privé-militie of elke andere organisatie van particulieren waarvan het oogmerk is geweld te gebruiken of het leger of de politie te vervangen zich met dezer actie in te laten of in hun plaats op te treden hebben opgericht, hun steun eraan hebben verleend of ervan deel hebben uitgemaakt, en

B. deel hebben uitgemaakt van een vereniging met het oogmerk om een aanslag te plegen op personen of op eigendommen door het plegen ofwel van misdaden waarop de doodstraf of dwangarbeid gesteld is, ofwel van een andere misdaad dan die waarop doodstraf of dwangarbeid staat, ofwel van wanbedrijven;

dat de raadkamer van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel, bij beschikking van 11 juni 1985, in de zaak II, ingeschreven onder het nummer 25.11.1496/83 in de notities van het parket van de procureur des Konings te Brussel:

1. Libert Michel, rijksambtenaar, geboren op 19 februari 1958 te Brussel wonende Sint-Bernardusstraat 35 te Sint-Gillis;

2. Peche Jean Bernard, Baudouin, beroepsmilitair, geboren op 7 september 1952 te Brussel, wonende Raversijdestraat 46/A4, te Oostende;

3. Vanden Borre Francine, Gina, Madeleine, beroepsmilitair, geboren op 8 februari 1958 te Brussel, wonende Raversijdestraat 46/ A4, te Oostende;

4. Saucez Frederic, Ovilio, Michel, radiotelegrafist, geboren op 5 juni 1953 te Jemappes, wonende Franklinstraat 128, te Brussel;

5. Durvin, Françoise, Gilberte, Marie beroepsmilitair, geboren op 17 december 1956 te Elisabethville, wonende Callaerts Walledreef 23, te Gistel;

6. Vanden Herreweghen Philippe Andre, beroepsmilitair, geboren op 7 februari 1958 te Watermaal-Bosvoorde, wonende Steenboklaan 218 bus 29, te Sint-Lambrechts-Woluwe; en

7. De Jode Marc, René, Jozef beroepsmilitair, geboren op 16 april 1958 te Etterbeek, wonende Onderwijsstraat 46/5, te Zaventem naar de correctionele rechtbank verwezen heeft,

eerstgenoemde (Libert), de tweede (Peche), de vierde (Saucez), de vijfde (Durvin), de zesde (Vanden Herreweghe) en de zevende (De Jode) wegens het feit dat ze in het gerechtelijk arrondissement Brussel, in hun hoedanigheid van rijksambtenaar, ten deze van beroepsmilitair, door middel van hun ambtsbediening, bedrieglijk een niet nader bepaald aantal hun niet toebehorende stukken, waaronder telexberichten met een militaire inhoud, van een niet nader bepaalde waarde, hebben weggenomen ten nadele van hetzij het Ministerie van Landsverdediging, Strijdkrachten, hetzij van het Ministerie van Buitenlandse Betrekkingen, (telastlegging A), de vijfde (Durvin) wegens het feit dat ze in haar hoedanigheid van rijksambtenaar, door middel van haar ambtsbediening, bedrieglijk haar niet toebehorende aantekenboekjes, nietmachines, van een niet nader bepaalde waarde, heeft weggenomen ten nadele van de Belgische Staat, Ministerie van Landsverdediging (telastlegging B), de derde (Vanden Borre) en de vierde (Saucez), ter zake dat ze ten nadele van de Belgische Staat, Ministerie van Landsverdediging, geheel of gedeeltelijk, stukken waaronder telexberichten met een militaire inhoud, van een niet nader bepaalde waarde, alsook zaken die weggenomen, verduisterd of verkregen zijn door middel van een misdaad of een wanbedrijf, hebben geheeld (telastlegging C), eerstgenoemde (Libert), de tweede (Peche), de derde (Vanden Borre), de vierde (Saucez), de vijfde (Durvin), de zesde (Vanden Herreweghen), en de zevende (De Jode), ter zake dat ze voorwerpen, plans, geschriften, bescheiden of inlichtingen die in het belang van de verdediging van het grondgebied of van de uitwendige veiligheid van de Staat geheim moeten worden gehouden, geheel of ten dele, in origineel of in reproductie, wetens hebben overgeleverd of medegedeeld aan een persoon die onbevoegd was om die in ontvangst te nemen (overtreding van de artikelen 118 en 119 van het Strafwetboek - telastlegging D), eerstgenoemde (Libert), de tweede (Peche), de derde (Vanden Borre), de vierde (Saucez), de vijfde (Durvin), de zesde (Vanden Herreweghen) en de zevende (De Jode), ter zake dat ze met overtreding van de artikelen 1, 2 en 3 van de wet van 29 juli 1934 waarbij de privé-milities worden verboden, welke artikelen zijn aangevuld door de wet van 4 mei 1936, hun steun hebben verleend aan of deel hebben uitgemaakt van een privé-militie of van elke andere organisatie van particulieren waarvan het oogmerk is geweld te gebruiken, het leger of de politie te vervangen, zich met dezer actie in te laten of in hun plaats op te treden (telastlegging E);

Overwegende dat de Correctionele Rechtbank te Brussel, na de zaken met parketnotitienummer 69.20.32647/83 en 25.11.1496/83 wegens samenhang te hebben gevoegd, zich bij een op 23 februari 1988 op tegenspraak gewezen vonnis onbevoegd heeft verklaard om van de strafvordering kennis te nemen;

dat het Hof van Beroep te Brussel, bij het op tegenspraak gewezen arrest van 29 juni 1988, die onbevoegdverklaring heeft bevestigd op grond dat in de tweede zaak « de beklaagden Libert, Peche, Vanden Borre, Saucez, Durvin, Vanden Herreweghen en De Jode onder de telastlegging D worden vervolgd wegens overtredingen van de artikelen 118 en 119 van het Strafwetboek, welke overtredingen politieke misdrijven zijn als ze zonder winstoogmerk zijn gepleegd ( ... ) en tot de bevoegdheid van het hof van assisen behoren ( ... );

dat in het omgekeerde geval, als die misdrijven wel met winstoogmerk zijn gepleegd ( ... ), zij als misdrijven van gemeen recht worden beschouwd en, door aanneming van verzachtende omstandigheden, kunnen worden gecorrectionaliseerd;

dat bovendien de personen aan wie de in de telastlegging D opgesomde feiten worden verweten, gelet op hun hoedanigheid van militair, onder de toepassing vallen van de artikelen 15 en 16 van het Militair Strafwetboek naar luid waarvan de militairen die een van de in de artikelen 113 tot 119 van het Strafwetboek opgesomde misdrijven plegen, zich schuldig maken aan de misdaad verraad en gestraft worden met hechtenis van 5 tot 10 jaar of met opsluiting;

dat bij de hoedanigheid van militair ook nog de verzwarende omstandigheid bedoeld in artikel 123 ter van het Strafwetboek kan voorkomen;

dat in dit geval en wanneer de gewone rechtbank bevoegd is omdat het misdrijf waarover de militaire gerechten uitspraak moeten doen, samenhang vertoont met een misdrijf waarvoor de gewone rechtbanken bevoegd zijn, het misdrijf door aanneming van verzachtende omstandigheden kan worden gecorrectionaliseerd;

dat, blijkens de gegevens van het dossier en de verklaringen van de beklaagden, dezen het in de telastlegging D omschreven misdrijf alleen uit ideologische overwegingen en niet uit winstoogmerk hebben gepleegd;

dat noch de vordering tot verwijzing van 2 mei 1985 noch de beschikking van 11 juni 1985 van de raadkamer voor de telastlegging D de verzwarende omstandigheden bedoeld in de artikelen 123 ter van het Strafwetboek en 15 en 16 van het Militair Strafwetboek, noch verzachtende omstandigheden in aanmerking hebben genomen, doch uitsluitend de artikelen 118 en 119 betreffende de politieke misdrijven »;

Wat de zaak II betreft :

Overwegende dat de tegen de op 11 juni 1985 in die zaak gewezen beschikking van de raadkamer van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel vooralsnog geen enkel rechtsmiddel kon worden aangewend, en dat het op 29 juni 1988 gewezen arrest van het Hof van Beroep te Brussel in kracht van gewijsde is gegaan; dat uit de tegenstrijdigheid ervan een geschil over rechtsmacht is ontstaan dat de procesgang belemmert;

dat er grond bestaat tot regeling van rechtsgebied;

Overwegende dat de in de telastlegging D vermelde feiten, naargelang de dader al dan niet onder de rechtsmacht van de militaire gerechten valt, politieke misdaden of wanbedrijven opleveren wanneer zij zonder winstoogmerk zijn gepleegd;

dat zulks ten deze het geval schijnt te zijn;

dat krachtens artikel 98 van de Grondwet die misdaden en wanbedrijven tot de bevoegdheid van het hof van assisen behoren;

dat die misdaden en wanbedrijven samenhangend blijken te zijn met de overige, in de telastleggingen vermelde misdaden en wanbedrijven;

Overwegende dat sommige beklaagden, die bij de strijdkrachten waren ingelijfd, op de dag van de hun ten laste gelegde feiten, militair in actieve dienst of met onbepaald verlof waren;

Overwegende dat in de regel de militaire gerechten eveneens bevoegd zijn om uitspraak te doen over de politieke misdaden of wanbedrijven die aan militairen ten laste worden gelegd;

Overwegende dat uit de gedingstukken weliswaar schijnt te volgen dat bepaalde ten laste gelegde feiten door sommige beklaagden zijn gepleegd in hun hoedanigheid van lid van de strijdkrachten als militair in actieve dienst of met onbepaald verlof, maar dat zulks niet het geval is voor de andere in de telastlegging opgesomde misdrijven en beklaagden;

dat krachtens. artikel 26 van de wet van 15 juni 1899, gewijzigd bij artikel 15 van de wet van 30 april 1919, de burgerlijke en niet de militaire gerechten bevoegd zijn om kennis te nemen van de gehele zaak;

Wat de zaak I betreft:

Overwegende dat op de in de telastleggingen A en B vermelde feiten correctionele straffen staan en dat die feiten door de op 11 juni 1985 in die zaak gewezen beschikking van de raadkamer van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel wettig voor het vonnisgerecht zijn gebracht;

Overwegende dat het hof van beroep, na te hebben vastgesteld dat de feiten bedoeld in de in zaak II gewezen beschikking van de raadkamer niet wettig bij het vonnisgerecht aanhangig was gemaakt, niet, met bevestiging van het beroepen vonnis, kon vaststellen dat die feiten samenhangend waren met de feiten bedoeld in de in zaak I gewezen beschikking van de raadkamer;

Om die redenen, beslissende tot regeling van rechtsgebied, vernietigt de beschikking van de raadkamer van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel, die op 11 juni 1985 werd gewezen in zaak II met nr. 25.11.1496/83 in de notities van het parket van de procureur des Konings te Brussel;

vernietigt het op 29 juni 1988 door het Hof van Beroep te Brussel gewezen arrest in zoverre het, met bevestiging van het beroepen vonnis, het vonnisgerecht onbevoegd verklaart om uitspraak te doen in zaak I met nr. 69.20.32647/83 in de notities van het parket van de procureur des Konings te Brussel;

beveelt dat van dit arrest melding zal worden gemaakt op de kant van de vernietigde beslissingen wat hen betreft;

verwijst de zaak II nr. 25.11.1496/83 naar de kamer van inbeschuldigingstelling van het Hof van Beroep te Brussel en de zaak I nr. 69.20.32647/83 naar het Hof van Beroep te Brussel, anders samengesteld.
________________________________________________________________________________________________________

21 september 1988 – 2e kamer – Voorzitter en verslaggever: de h. Stranard, afdelingsvoorzitter Gelijkluidende conclusie van de h. Janssens de Bisthoven, advocaat-generaal.

(1) Cass., 29 nov. 1983, A.R. nr. 8115 (A.C, 1983-84, nr. 171).
(2) en (3) Cass., 5 dec. 1979 (A.C., 1979-80 nr. 224); 9 Jan. 1980 (ibid., 1979-80, nr. 279) en de noot get. R.A.-D.; 8 feb. 1984, A.R. nr. 3412 (Ibid., 1983-84, nr. 310).

Bron: Belgisch Staatsblad | Arresten van het Hof van Cassatie - Gerechtelijk jaar 1988-1989 – Deel I

20

Re: Processen

WNP bedreigt getuigen

Een geheimzinnige waas nestelt zich steeds manifester over het proces van Marcel Barbier en Eric Lammers voor het assisenhof van Brabant. Daar wordt niet alleen uitgemaakt of Barbier en Lammers effectief schuldig zijn aan de dubbele moord in de Herdersliedstraat te Anderlecht op 18 februari 1982, maar tevens wordt er komaf gemaakt met de geheimzinnige activiteiten van de extreem-rechtse militie Westland New Post.

Helemaal ten einde zijn die activiteiten nog niet, want verschillende getuigen verklaarden gisteren nog bedreigingen ontvangen te hebben.

De publieke belangstelling op het proces gisteren was opvallend groot. Niet verwonderlijk overigens, omdat eindelijk de leden van WNP zelf aan het woord zouden komen. De eerste in de rij was Mark Vander Meiren, jeugdvriend van Eric Lammers.

Na de bekentenissen van Barbier in 1983 heeft Vander Meiren Lammers geholpen zich voor de politie te verbergen. Hij wist dat zijn vriend "erge feiten" had begaan, maar niet dat het om een moord ging.

Nochtans zouden Saucez en Nemry later aan de politie vertellen dat de vier vrienden op het moment van de vlucht over de moord in de Herdersliedstraat gepraat hebben. Vander Meiren ontkent dat echter formeel. "Het was", zo vertelde hij op het proces, "precies alsof de WNP-leiding mij graag had horen vertellen dat ik reeds van bij de aanvang alles van de moord afwist."

Saucez, in streepjespak, bevestigde even later dat er tussen de vier vrienden effectief over de moord is gesproken. "Toen Eric Lammers terugkwam uit Chamonix en opgeroepen was door commissaris Marnette, vroeg hij of Marcel Barbier bekend had en misschien ook zijn naam genoemd had. Eric was echter ontspannen. Hij had immers een alibi van beton: die moordavond was hij in de militaire school."

Familie bedreigd

Saucez vertelde dat hij meewerkte aan WNP uit nationale gevoelens. De publicatie van de gestolen NATO-documenten had hij verzorgd om de geringe bewaking van de Alliantie aan de kaak te stellen. Vandaag heeft hij echter spijt van zijn lidmaatschap. Verscheidene malen heeft hij van WNP-leden dreigtelefoontjes ontvangen.

Door Libert, één van de WNP-kopstukken, werd hij gedwongen een brief naar onderzoeksrechter Lyna te schrijven waarin stond dat hij zijn verklaringen onder druk van Latinus had afgelegd. Zoniet zou zijn vrouw en kinderen wel eens iets kunnen overkomen. Daarnaast had Libert ook een nota laten circuleren waarin vermeld werd dat Saucez, Delombaerde en Nemry spoedig geëlimineerd zouden worden.

Jean-Louis Nemry bevestigde daarna de bedreigingen. Tijdens zijn legerdienst in Duitsland werd hij dringend bij commissaris Marnette geroepen die bedreigingen tegen Nemry had ontvangen. Marnette verwittigde hem vooral voorzichtig te zijn. De commissaris van de gerechtelijke politie die gisteren in de rechtszaal aanwezig was, werd om bevestiging gevraagd, maar hij kon zich het voorval nog nauwelijks herinneren.

Nemry had nochtans enkele serieuze onthullingen in petto. Zo vertelde hij dat Libert hem had gezegd dat de eerste arrestatie van Marcel Barbier opzettelijk uitgelokt was met de bedoeling de politie de fameuze NATO-documenten te laten vinden.

Verder had Nemry Lammers horen pochen over een operatie die hij succesvol had uitgevoerd. Er werd op de moord gezinspeeld, maar Nemry geloofde er niet veel van, tot Latinus hem vertelde dat Lammers wel eens een lid van de Bende van Nijvel zou kunnen zijn. Toen werd hij ontzettend bang van zijn vroegere kameraad, zo vertelde hij.

Geestelijke vader

Laatste in de rij van de lange getuigenverhoren was Karel Delombaerde. Hij was als oud lid van de Waffen SS de "Geestelijke vader" van de WNP. Delombaerde, een kranige tachtiger die niet onder de indruk is van het proces, verklaarde dat Barbier hem op een communiefeest de moord in Anderlecht verteld heeft. Ook Libert en Latinus waren van de misdaad op de hoogte, maar volgens hen lag die buiten de activiteiten van de WNP.

Delombaerde vertelde verder over de opdrachten binnen de militie: hoe een infiltratiepoging bij Libische terroristen werd gepland, hoe er geheime dossiers over Distrigaz werden aangelegd, hoe men zelfs plande de NAVO-raketten in Florennes te ontvreemden. Een fantastische en intrigerend amalgaam van hersenspinsels, waarin wellicht Libert vandaag met zijn getuigenis meer klaarheid kan brengen als laatst overgebleven leider van het WNP.

Bron: Gazet van Antwerpen | 8 Mei 1987

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube