Luciano Bender en James Shortt kenden elkaar. James Shortt wordt ook door verschillende personen genoemd in verband met de Bende van Nijvel (zie onder andere de gelijkenissen met robotfoto nr. 20). Hoe betrouwbaar die getuigenissen zijn, kan ik niet beoordelen.
In de jaren '80 had Shortt in de buurt van Londen een privé-terrein waar hij speciale trainingskampen organiseerde voor politie en leger. Hij heeft ook training gegeven aan Belgische politie- en legereenheden.
Burgers leren soldaten de dodelijkste truuks
Diep in de bossen, op een immens privéterrein aan de buitenrand van de Londense voorstad Croydon, worden al minstens enkele jaren iedere maand heel speciale trainingskampen gehouden. Reservisten, soldaten van het actief kader, en veiligheids- en politiemensen uit verschillende landen duiken hier dan op om zich, een weekend lang, te komen bekwamen in heel aparte gevechtstechnieken. “Combat Training”, zo worden deze bikkelharde sessies kortweg genoemd, waarbij de nadruk uitsluitend ligt op twee zaken: doden, en overleven.
Deze speciale opleiding wordt verschaft door leden van het CTT, het “Combal Training Team”: ex-militairen, die tijdens hun jarenlang verblijf in elite-legereenheden, experten waren in speciale gewapende en ongewapende gevechtstechnieken, en deze vaardigheden daarna nog in verschillende continenten gingen aanscherpen. Uit al deze ervaringen distilleerden zij wat zijzelf “de meest efficiënte kill-and-survive methodes ter wereld” noemen.
“Reeds van 1975 af werd in de Britse legereenheden - met uitzondering misschien van de Special Air Service - steeds minder de nadruk gelegd op lijf-aan-lijf-gevechtstechnieken” aldus instructeur James Shortt, 35, directeur van de organisaties. “De volgende oorlog wordt een afstandsoorlog”, zo redeneerde men op de hoogste echelons.
“Computers zouden immers in de moderne oorlogsvoering een belangrijkere rol gaan spelen dan de soldaten zelf. Een denkwijze, die blijkbaar ook in andere NAVO-legers werd gevolgd. Lichamelijke opleiding, hindernissenpisten en uithoudingsmarsen, dat nog wel, maar doorgedreven, uit de praktijk gelichte man-aan-man-technieken werden hoe langer hoe meer beschouwd als overblijfselen uit een vervlogen tijdperk.
“Maar toen kwam de Falklandoorlog”, gaat Shortt verder. “En daar werd plots overduidelijk bewezen dat de Britse troepen in dit conflict deze vaardigheden “uit grootmoeders tijd” zeker hadden kunnen gebruiken, als zij ze maar hadden gekend. Na de oorlog zijn wij onmiddellijk naar het ministerie van Defensie geslapt, om daar onze “cursus” te gaan voorstellen. Het ministerie van Defensie besloot het CTT-programma toe te laten voor de verschillende regimenten, maar er geen enkele verplichting aan te koppelen. In de praktijk betekent dit dat ofwel de bevelhebber van een of ander regiment ons in zijn eenheid zelf uitnodigt, ofwel dat de geïnteresseerden in hun vrije tijd naar ons eigen opleidingsterrein te Croydon komen.”
“Ons trainingsprogramma sloeg van meet af aan zo enorm in, dat we dra besloten ook niet-Britse reservisten, actieve militairen, en gespecialiseerd veiligheidspersoneel toe te laten. Al moet ik eraan toevoegen dat de opleiding voor politiemensen en veiligheidspersoneel enigszins verschilt van de trainingen voor militairen.”
“Bij close-dombat, man-aan-man gevechten zonder wapens of close-quarter-combat, man-aan-man met wapens, passen geen “onschuldige” trucjes, zoals deze die in judo of Jiujitsu worden gebruikt. De Falklands bewezen het overduidelijk: het is overleven of sterven. Daarom ook zijn de door ons gebruikte technieken ook technieken zonder pardon. Daarbuiten betekent overleven in een noodsituatie eveneens weten hoe je te beschermen tegen uitputting, warmte, koude, wonden, vergif. Weten welke planten je kan eten, hoe je wild kan strikken, hoe je met voor de hand liggende middeltjes voorlopige, maar toch efficiënte eerste op jezelf kan toepassen …”
Naast Shortt verlenen nog 11 instructeurs hun medewerking aan de CTT-opleiding: Bernie Finnan, en Ted Kelland, ex-survivalspecialisten bij de Britse Royal Marine Commandos, Brian McCarthy, ex-Britse Militaire Politie, Lucien Ott, Fransman ex-legionair-parachutist en ex-Frans en Amerikaans presidentieel bodyguard, Martin Simpson, ex-gevechtsduiker bij de Britse Commando’s, Jan De Jong, ex-Australische SAS, Mark Dudley, Brit, dokter—specialist in gevechtsgeneeskunde, Ben Mangels, ex-Zuid-Afrikaans luchtmachtofficier, Ken Wright, Brit, ex-commando, Bo Münthe, Zweed, ex-luchtmachtofficier, en Mike Collins, Brit, medisch gevechtsinstructeur.
“Wij hadden hier ook al verschillende Belgen op bezoek”, aldus Shortt. “En wij werden tevens geïnviteerd om sessies te organiseren voor de Belgische en de Luikse politie. Wij gaven eveneens demonstraties voor een kern van het Belgische paracommando-regiment en voor de Belgische Infanterieschool. Dat bewijst dal, ook in het atoomtijdperk, de bekwaamheid van de individuele soldaat nog steeds belangrijker is dan drieduizend computers …”
Bron: Gazet van Antwerpen | 28 Juni 1986
"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via »
Facebook |
YouTube