Topic: Mons: 17 April 1986
Samenvatting
Wat? Moord op Virgilo (Silvio) Daga in Mons
Wanneer? Donderdag 17 april 1986, rond 2u30
Waar? Place de Cuesmes in Mons » Google Maps
Wapen: Zes kogels in het hoofd uit een 6,35mm-pistool
Status: Onopgelost
Virgilo Daga, uit ’s-Gravenbrakel, werd neergeschoten op de Place de Cuesmes in Mons. Zijn lichaam werd nadien teruggevonden in een uitgebrande Ford Granada in Ville-sur-Haine. Vermoedelijk was het een afrekening. Twee mannen, Angelo Soddu en Antoni Spanu, werden voor deze moord vrijgesproken voor het assisenhof.
In eerste instantie waren zij door de jury schuldig bevonden voor de moord. Het Hof annuleerde echter deze uitspraak, wat uitermate uitzonderlijk is.
Afrekening in het milieu te Bergen?
Donderdagochtend, omstreeks 2.30 uur werden de buren van de herberg Disco-Flash aan de Place de Cuesmes te Bergen, opgeschrikt door vuurschoten. Zij verwittigden de rijkswacht die onmiddellijk ter plaatse kwam en op de stoep voor de herberg bloedsporen aantrof, evenals hulzen van 6,35 patronen. Een aantal mensen hadden gezien dat na de schietpartij een Ford Granada was weggereden in de richting van het centrum.
Een zoekactie werd op touw gezet en rond 8.30 uur werd te Ville-sur-Haine een Ford Granada aangetroffen die volledig was uitgebrand. In de wagen lag een verkoold lichaam. Men zal de lijkschouwing moeten afwachten om meer duidelijkheid te krijgen over de identiteit van het slachtoffer. Donderdagnamiddag werd het verkoolde lijk geïdentificeerd. Het betreft de 40-jarige Silvio Daga, wonende rue de L’Ecole Normale 38 te ’s-Gravenbrakel.
Bron: Gazet van Antwerpen | 18 April 1986
Moord te Bergen blijft mysterie
Uit het onderzoek naar de moord op Virgilio Daga te Bergen is gebleken dat het slachtoffer gedood is door zes kogel uit een 6,35 pistool. Hjj werd tweemaal geraakt te Cuesmes (Bergen) en waarschijnlijk met vier kogels afgemaakt te Ville- sur-Haine, waar zijn stoffelijk overschot verkoold werd aangetroffen in een uitgebrande wagen.
Virgilio Daga was een aannemer uit 's Gravenbrakel. Hij woonde reeds geruime tijd in België, was gehuwd met een Belgische, maar had nog steeds de Italiaanse nationaliteit. Hij werd geboren op Sardinië. Een paar jaar geleden richtte hij een soort coöperatieve op, samen met de arbeiders die hij in dienst had. Woensdagavond was hij naar Bergen gereden om er een vergadering bij te wonen van deze coöperatieve. Omstreeks 20.30 uur was hij daar weggegaan.
Bron: Gazet van Antwerpen | 19 April 1986
Verdachten moord in Cuesmes aangehouden
De verdachten voor de moord op Silvio Daga (40) werden zaterdag aangehouden. Het zijn de in Jemeppe wonende Nicola Miserere (37), Antonio Spanu (37) en Angelo Saddu (36). Daga werd donderdagochtend vermoord en zijn lijk werd verkoold aangetroffen in zijn uitgebrande wagen te Ville-sur-Haine.
De drie aangehoudenen zijn partners in de coöperatieve die het slachtoffer had opgericht. Woensdagavond kwamen ze bijeen en hadden ze ruzie omtrent een som van 20.000 fr. die Daga zou hebben verduisterd. De vier mannen zijn later op de avond gaan eten in een restaurant te Cuesmes.
Saddu zou de herberg “Disco Flash" op de Grote Markt in Cuesmes zijn binnengestapt. Ondertussen zou Miserere op Daga hebben geschoten in diens wagen, waarin ook Spanu zat. Het zijn Miserere en Spanu die later naar Ville-sur-Haine zouden gereden zijn waar ze de wagen in brand hebben gestoken.
Bron: Gazet van Antwerpen | 21 April 1986
Aanhoudingen in moordzaak te Cuesmes bevestigd
In verband met de moord die vorige week te Cuesmes werd gepleegd op de ondernemer van Sardijnse oorsprong Silvio Daga, zijn drie andere Sardijnen, uit Jemappes, aangehouden als dader, mededader en medeplichtige. Daga werd op grote markt van Cuesmes in de nacht van dinsdag op woensdag vorige week neergeschoten, in een wagen gesleurd en op een verlaten landweg buiten de gemeente afgemaakt.
De wagen met het stoffelijk overschot werd in brand gestoken. Het drietal, dat ontkent iets met de zaak te maken te hebben, is woensdag voor de raadkamer van Bergen verschenen. Het aanhoudingsmandaat werd verlengd.
Bron: Gazet van Antwerpen | 24 April 1986
Discussie rond complot blijft duren
Op het assisenproces van· Antonio Spanu en Angelo Soddu, beschuldigd van moord op hun vennoot Virgilio Daga in 1986 luisterde de Henegouwse jury donderdag naar het rekwisitoor van de advocaat-generaal en naar de advocaten van de verdediging. Het Openbaar Ministerie en de pleiter van de burgerlijke partij bleven vasthouden aan de stelling van een complot uit wraak of hebzucht. De verdedigers achtten dat geenszins bewezen.
Advocaat-generaal Monique Delos meende dat de aanwezigheid van Spanu en Soddu op de plaats van de moord geenszins toevallig was. Het was wel de intussen naar Italië gevluchte Miserere die de trekker overhaalde, maar Spanu en Soddu wisten wat ging gebeuren en hadden hun zegen gegeven.
Volgens de advocaten van Spanu, Emmanuel Leclercq en Michel Bouchat, wijst niets erop dat de moord beraamd werd. Daarvoor verliep alles te ongeordend en het kan evenmin afgeleid worden uit het gedrag van de beschuldigden. Spanu is niet medeplichtig. Het was Miserere die in een vlaag van woede en zinsverbijstering vuurde.
Bron: Gazet van Antwerpen | 1 Juni 1990
Sensatie in moordproces te Bergen
Het assisenhof van Henegouwen schreef gisteren gerechtelijke geschiedenis. De voorzitter en zijn twee vrouwelijke bijzitters annuleerden het oordeel van de jury op basis van een artikel dat al 133 jaar niet wordt gebruikt. Antonio Spanu en Angelo Soddu werden door de jury in Bergen schuldig bevonden aan moord op Virgilio Dago, hun vennoot. De families van de beschuldigden waren in de zaal aanwezig en reageerden zeer negatief op de uitspraak van de jury. Er dreigde zelfs handgemeen met de familie van het slachtoffer.
De zitting werd geschorst, niet zozeer om de gemoederen te kalmeren dan wel om de magistraten toe te laten een hoogst onverwachte unanieme beslissing te nemen. Het Hof was namelijk van mening dat de gezworenen zich hadden vergist over de grond van de zaak. Het Hof beriep zich op artikel 352 van het wetboek van strafvordering, dat al sinds 1857 niet meer werd gebruikt. Volgens dat artikel kan een oordeel van een assisenjury door het Hof geannuleerd worden als blijkt dat die jury "een flagrante vergissing" begaat. De hele zaal was met verstomming geslagen. De zaak werd verdaagd naar een volgende zitting met een andere jury.
Bron: Gazet van Antwerpen | 2 Juni 1990
Magistraten annuleren oordeel annuleren oordeel van de jury
Coup de théâtre in Henegouwen: het hof annuleert het oordeel van de jury, een vrijwel ongezien feit in de annalen van de Belgische gerechtelijke geschiedenis.
Antonio Spanu en Angelo Soddu werden vrijdag door de jury van het assisenhof van Bergen schuldig bevonden van moord op Virgilio Daga, maar die uitspraak werd door de magistraten van het hof geannuleerd, op basis van een artikel dat al 133 jaar niet meer wordt gebruikt.
De magistraten waren van mening dat de gezworenen zich hadden vergist over de grond van de zaak, en hebben - zich onverwacht beroepend op een artikel van het wetboek van strafvordering - beslist de zaak naar een volgende zitting te verwijzen, met een nieuwe jury.
Na de replieken van de burgerlijke partij, de beschuldiging en de verdediging, trok de jury zich terug om zich te beraden over de 8 vragen die haar werden voorgelegd. Anderhalf uur later antwoordt de jury “ja” op alle vragen.
Spanu en Soddu werden schuldig bevonden aan moord, en Spanu bovendien van moedwillige brandstichting. De familie van de beschuldigden - in de zaal aanwezig - reageerden zeer negatief op die beslissing. En terwijl in de zaal handgemeen dreigde te ontstaan tussen de families van de beschuldigden en die van het slachtoffer, schorste voorzitter Vereecke de zitting.
Omdat de schorsing bleef duren dacht iedereen dat het de bedoeling was om de gemoederen te laten bedaren. Niets daarvan, zo bleek anderhalf uur later, want bij de heropening van de zitting deelde de voorzitter een arrest van het hof mee, waardoor het oordeel werd verdaagd.
De magistraten van het hof, voorzitter Vereecke en zijn bijzitsters Michaux en Oost, baseerden zich op artikel 352 van het wetboek van strafvordering, dat al 133 jaar, dus sinds 1857, niet meer werd gebruikt. Unaniem meenden de magistraten dat de jury wel de vorm had gerespecteerd, maar niet de inhoud.
Daarom stelden ze het oordeel uit, en verdaagden de zaak naar de volgende zitting om een nieuwe jury te laten oordelen. Geen enkel lid van de huidige jury zal in de nieuwe jury kunnen zetelen.
De hele zaal was met verstomming geslagen. De advocaten Philippe en Jean-Philippe Mayence van de burgerlijke partij reageerden verontwaardigd: “Dit artikel wordt zelden toegepast, en dan nog enkel in het geval dat de jury een flagrante vergissing maakte, niet om haar oordeel te verbeteren. Het is een kaakslag voor de gezworenen die onkundig worden verklaard een oordeel uit te spreken; voor de advocaten van de verdediging die hun standpunt blijkbaar niet duidelijk genoeg maakten. Het betekent dat de jury niet meer soeverein is, en dat haar oordeel door het hof kan worden gecorrigeerd.”
Nog volgens meester Mayence had het hof, indien het van oordeel was dat alles nog niet was gezegd, de jury meer informatie moeten geven en haar op de hoogte brengen van het feit dat ze een beslissing had genomen die ingaat tegen de geest van een assisenhof.
Voor de verdediging stelde meester Emmanuel Leclercq zich terughoudend op, zeggende dat hij zich niet kon uitspreken over een zaak die opnieuw moet worden geoordeeld. “Wanneer het hof zo beslist is dat omdat het meent dat dat zijn plicht is, en dat er een kloof bestond tussen de beslissing van de gezworenen en de vaste overtuiging van de magistraten van het hof”, was alles wat Leclercq daarover kwijt wou.
Bron: Gazet van Antwerpen | 2 Juni 1990
Spanu en Soddu beschuldigd van moord op vennoot
Maandag verschijnen Antonio Spanu en Angela Soddu, twee Italianen van 42 jaar die wonen in Jemappes, voor de tweede keer voor het assisenhof van Henegouwen op beschuldiging van moord op hun landgenoot Virgilio Daga, die in de nacht van 16 op 17 april 1986 in Cuesmes met zes kogels in het hoofd werd gedood.
Evenals bij het eerste proces in 1990 zou een derde man in de beklaagdenbank moeten zitten, de 42-jarige Nicola Miserere, eveneens uit Jemappes. Maar deze vluchtte al voor het eerste proces naar Italië en daarom is zijn zaak losgekoppeld en doorgegeven aan de Italiaanse justitie. Het proces tegen Spanu en Soddu moet worden overgedaan, omdat het assisenhof op 1 juni 1990 het verdict van de jury ("schuldig") annuleerde en de zaak verwees naar een nieuwe zitting. De magistraten verklaarden unaniem ervan overtuigd te zijn dat de jury weliswaar
alle formele aspecten in acht genomen had maar zich vergist had wat betreft de grond van de zaak. Daarbij baseerden ze zich op een artikel van het wetboek inzake het onderzoek van misdrijven dat sinds 133 jaar niet meer was toegepast.
De zaak speelde zich af in bepaalde kringen in de bouw, waar fictieve maatschappijen worden opgericht en niet-geregistreerde arbeiders, vooral buitenlanders, worden gebruikt om belastingen te ontduiken.
Daga, het slachtoffer, was al eens veroordeeld wegens faillissement en gebruik van onwettige handarbeid. In een uitzending van "In naam der wet" was hij eens anoniem geïnterviewd als voormalige stroman van een bedrijf, dat in handen was van koppelbazen.
Bouwonderneming
Ten tijde van de feiten had hij een nieuwe bouwonderneming opgericht met Miserere, Spanu en Soddu. Ieder bracht daarvoor 50,000 frank in. Maar Daga leek de hoofdrol te spelen en nam soms geld op zonder zijn vennoten in te lichten, hetgeen bij hen niet in goede aarde viel. De wrijvingen werden steeds heftiger en resulteerden uiteindelijk in de moord op Daga.
In de nacht van woensdag 16 op donderdag 17 april 1986 werd de rijkswacht tegen 1.20 uur gewaarschuwd, dat er schoten waren gehoord op de Grand Place in Cuesmes. Ter plaatse werden de rijkswachters opgewacht door Soddu, die verklaarde dat hij, toen hij in café "Disco Flash" zat, schoten had gehoord.
Hij was naar een geparkeerde auto toegelopen en had daar een lichaam half uit zien hangen. Hij was teruggegaan naar het café om hulp te halen, maar intussen waren er twee mannen gekomen, die met de auto (en het lichaam) waren weggereden. Op het plein vonden de rijkswachters bloedsporen, band- en voetafdrukken en twee kogelhulzen.
In het café bevestigden de dienster en twee klanten de verklaringen van Soddu. Ze zeiden voorts dat een van de twee mannen, die na de schoten waren opgedoken, aan de deur van het cafe had gerammeld en dat zij zich verstopt hadden. Daarna was de auto weggereden. De volgende dag, 17 april, werd op een landweg in Thieu-Le-Roeulx een uitgebrande auto gevondenmet daarin een verkoold lijk dat werd geïdentificeerd als dat van Daga. De lijkschouwing wees uit dat hij was gedood met zes kogels in het hoofd.
Het onderzoek leidde snel naar Miserere, Spanu en Soddu. Ze ontkenden aanvankelijk, maar gaven later bepaalde feiten toe. Uiteindelijk bekenden ze de moord op Daga te hebben beraamd en een plan te hebben uitgewerkt om hem te laten verdwijnen. Dit plan werd ook uitgevoerd, behalve op één punt: Soddu had uit het café moeten komen om zich bij zijn twee metgezellen aan te sluiten maar had dat niet gedaan.
Bron: Gazet van Antwerpen | 16 November 1991
Eventuele vrijgeleide voor derde verdachte
Voor het assisenhof van Henegouwen is maandag het tweede proces begonnen van Antonio Spanu en Angelo Soddu. De twee Italianen uit Jemappes worden beschuldigd van moord op hun landgenoot Virgilio Daga, die in de nacht van 16 op 17 april 1986 in Cuesmes met zes kogels in het hoofd werd gedood. De derde verdachte, Nicola Miserere uit Jemappes, ontbreekt evenals tijdens het eerste proces. Hij was toen al naar Italië gevlucht.
Maandagochtend werd vernomen dat Miserere toch als getuige is gedagvaard en dat hem eventueel een vrijgeleide wordt verstrekt om te kunnen getuigen zonder vrees voor arrestatie. Het proces moet worden overgedaan omdat het assisenhof op 1 juni 1990 de schuldigverklaring door de jury annuleerde. Het hof was ervan overtuigd dat de jury zich had vergist.
Maandag dienden de advocaten van de beklaagden elk een akte van verdediging in, waarin zij stelden dat hun cliënten niet schuldig konden zijn. Deze aktes werden aangevochten door de advocaat van de burgerlijke partij, die zei dat de aktes "proberen een mistgordijn rond de feiten te hangen".
Bij de ondervraging van de beklaagden passeerden de gebeurtenissen van de dag van het drama de revue: het bezoek aan de Kamer voor de Bouwnijverheid in Bergen, de ontmoetingen met het slachtoffer, het diner in een restaurant de avond in cafe “Disco Flash”. De twee beklaagden schoven de zwaarste feiten in de schoenen van de afwezige Miserere.
Bron: Gazet van Antwerpen | 19 November 1991
Ongewenste vennoot diende uitgeschakeld
Tijdens de tweede dag van het proces tegen Antonio Spanu en Angelo Soddu, twee Italianen die voor het assisenhof van Henegouwen terecht staan wegens moord op hun landgenoot Virgilio Daga, verklaarde onderzoeksrechter Poppijn dat beklaagden hebben toegegeven dat zij er aan gedacht hebben Daga "fysiek uit te schakelen". De onderzoeksrechter verklaarde dat Spanu, Soddu en Miserere een advocaat hadden geraadpleegd om na te gaan hoe zij Daga konden verwijderen uit een onderneming die zij met hun vieren hadden opgericht. Later rees bij hen de idee om de "ongewenste" vennoot uit de weg te ruimen.
Nadien kwam wetsdokter Desoigniesv verklaren dat Daga om het leven kwam door zes kogels in het hoofd. Hij voegde er aan toe dat hij niet kon vaststellen of de schoten al dan niet werden gelost tijdens een vechtpartij.
Vervolgens werd de uitbaatster gehoord van de herberg die in de straat ligt waar de moord gebeurde. De vrouw zei dat de avond van de feiten Soddu het café binnen kwam en haar zei: "U moet nog niet sluiten, mijn vrienden komen nog." Even later hoorde zij vuurschoten en zocht zij, zoals een aantal andere late klanten dekking. Zij deed ook de deur op slot. Enkele ogenblikken nadien kwamen twee mannen aankloppen. Toen zij niet binnen raakten, liepen ze weg. De daaropvolgende dagen werd de herbergierster per telefoon herhaaldelijk met de dood bedreigd.
Complot
Franz Leclercq van de gerechtelijke politie van Bergen die de eerste verklaringen van de beschuldigden noteerde, deelde het hof mee dat volgens Spanu's uitleg Miserere Daga had neergeschoten. Nog steeds volgens Leclercq, heeft Spanu ook het bestaan vermeld van een complot tegen Daga, maar hij voegde er aan toe daar zelf niet bij betrokken te zijn geweest. Miserere heeft eerst de feiten toegegeven, maar trok zijn bekentenissen nadien in, zogezegd omdat ze hem door de gerechtelijke politie onder druk waren ontlokt.
Luidens de jongste versie van Miserere was hij door Daga bedreigd met een pistool. Hij trachtte Daga te ontwapenen en op dat ogenblik zijn de schoten afgegaan. Volgens Leclercq waren de beschuldigden tot weinig medewerking bereid tijdens het onderzoek. Zij deden steeds alsof ze de vragen niet begrepen en beschuldigden iedereen ervan te liegen.
Op het einde van de zitting kondigde advocaat-generaal mevrouw Delos aan dat Miserere donderdag zal komen getuigen. Hij wou dit enkel doen indien hij een vrijgeleide kreeg waardoor hij bij zijn aankomst in België niet wordt aangehouden.
Bron: Gazet van Antwerpen | 20 November 1991
Miserere nog niet overgekomen
De zitting van het assisenhof van Henegouwen, waar Antonio Spanu en Angelo Soddu terecht staan voor de moord op Virgilio Daga in de nacht van 16 op 17 april 1986 in Cuesmes, begon vrijdag pas om 15u30. Aangekondigd was dat Nicolas Miserere, die in Italië onder huisarrest staat en eveneens van deze moord verdacht wordt, zou getuigen. Maar de man was er niet.
De advocaat-generaal zei dat Miserere nog niet in België is. Het Italiaanse gerecht had twee weken uitstel gevraagd om over het "uitlenen" van Miserere als getuige een beslissing te nemen. De advocaat van Spanu vroeg dat het proces twee weken opgeschort zou worden. De burgerlijke partij en het openbaar ministerie waren niet akkoord met dit verzoek.
De zoon van Miserere, Massino, kwam gisteren getuigen dat zijn vader hem donderdag aan de telefoon liet weten dat hij niet in België wil getuigen. De voorzitter van het hof schorste daarop de zitting tot maandag. Dan zal beslist worden hoe het proces verder zal verlopen.
Bron: Gazet van Antwerpen | 23 November 1991
Burgerlijke partij eist voorbeeldige straf
Maandag is voor het hof van assisen van Henegouwen, in het proces van Antonio Spanu en Angelo Soddu die beschuldigd worden van moord op hun vennoot Virgilio Daga. de advocaat van de burgerlijke partij (de weduwe van Daga) aan het woord geweest. Meester Mayence belichtte het lijden van zijn cliënte, en schetste het leven van het slachtoffer. Hij zei dat Daga enkel gerespecteerd wou worden. Hij voegde er terloops aan toe dat de man herhaaldelijk heeft meegewerkt met het gerecht door de namen bekend te maken van verschillende koppelbazen.
Volgens de advocaat zijn de feiten bewezen, en is het uitgesloten dat het hier om een ongeval ging, Spanu, Soddu en de naar Italië gevluchte Miserere hebben volgens hem een samenzwering uitgewerkt om Daga uit de weg te ruimen. Ze zijn allen even schuldig, omdat zij altijd samen zijn opgetreden, aldus nog meester Mayence. Hij vroeg de leden van de jury de dood van Daga niet ongestraft te laten.
Bij het begin van de zitting wees het hof een verzoek af van de verdediging van Spanu die het proces met twee weken wou laten verdagen, de tijd nodig om in Italië Nicola Miserere te gaan ondervragen, aangezien deze man, in tegenstelling met wat hij eerst had aangekondigd, nu weigert naar België te komen om te getuigen. Volgens meester Leclercq is Miserere de man die de schoten afvuurde waardoor Daga om het leven kwam.
Complot
Na de middag trachtte advocaat-generaal Monique Delos in haar rekwisitoor te bewijzen dat er wel degelijk een complot bestond tegen Daga. Ook, zo zei ze, tonen zelfs de tegenstrijdige verklaringen van de beschuldigden aan dat Miserere de dodelijke schoten heeft afgevuurd, maar dat Spanu noch Saddu niets ondernomen hebben om hem dat te verhinderen.
Verdediger Leclercq van Spanu nam nadien het woord om de jury diets te maken dat zijn cliënt onschuldig is "omdat hij voortdurend door Miserere in de luren werd gelegd". Zijn collega mr. Bouchat trachtte de thesis te ontzenuwen dat Spanu, Saddu en Miserere een complot hadden gesmeed om Daga uit de weg te ruimen. "Alleen Miserere heeft geschoten. Hij alleen heeft de moord gepleegd", aldus Bouchat volgens wie Spanu geen enkele reden had om Daga uit de weg te ruimen.
"U kunt mijn cliënt wel veroordelen wegens het niet verlenen van hulp aan een persoon in nood, wegens vrijwillige brandstichting aan een voertuig, maar niet wegens moord", aldus nog de advocaat.
Bron: Gazet van Antwerpen | 26 November 1991
Spanu en Soddu vrijgesproken van moord
Het assisenhof van de provincie Henegouwen heeft gisteren de ltalianen Angelo Soddu en Antoni Spanu uit Jemappes vrijgesproken aan de beschuldiging van moord op hun landgenoot, Virgilio Daga. Die werd in de nacht van 16 op 17 april 1986 in Cuesmes met zes kogels in het hoofd gedood.
Soddu werd over de hele lijn vrijgesproken. Spanu werd echter schuldig bevonden aan opzettelijke brandstichting in een auto en werd veroordeeld tot vier jaar effectieve gevangenisstraf. Evenals bij hun eerste proces dat plaats had van 28 mei tot 1 juni 1990, werd deze zaak behandeld in afwezigheid van de derde beschuldigde, de 42-jarige Nicola Miserere, die de dodelijke schoten afvuurde. Hij vluchtte al voor het eerste proces naar Italië en daarom is zijn zaak losgekoppeld en doorgegeven aan de Italiaanse justitie.
Het proces tegen Spanu en Angelo Soddu moest worden overgedaan, omdat het assisenhof op 1 juni 1990 het verdict van de jury (“schuldig") annuleerde en de zaak verwees naar een nieuwe zitting. De magistraten verklaarden unaniem ervan overtuigd te zijn dat de jury weliswaar alle formele aspecten in acht genomen had, maar zich vergist had wat betreft de grond van de zaak. Daarbij baseerden zij zich opeen artikel van het wetboek inzake het onderzoek van misdrijven dat sinds 133 jaar niet meer was toegepast.
De zaak Spanu en Soddu speelt zich af in kringen van zwartwerkers en koppelbazen, actief in de bouwsector en de belastingontduiking.
Daga, het slachtoffer, had ten tijde van de feiten een nieuwe bouwonderneming opgericht met Miserere, Spanu en Soddu maar de vennoten kregen het met met elkaar aan de stok, Daga werd in de nacht van woensdag 16 op donderdag 17 april 1986 op de Place de Cuesmes met meerdere kogels gedood.
Het onderzoek leidde snel naar Miserere, Spanu en Soddu die uiteindelijk bekenden de moord op Daga te hebben beraamd. Hun plan werd ook uitgevoerd, behalve op één punt: Soddu liet op het laatste ogenblik verstek gaan. Spanu gaf het complot toe, maar verschool zich achter het feit dat niet hij de schoten had afgevuurd doch zich enkel had schuldig gemaakt aan brandstichting.
Op de laatste procesdag werden deze argumenten nog eens sterk in de verf gezet. De raadsman van Soddu wees er onder meer op dat zijn cliënt het slachtoffer niets te verwijten had en dat anderzijds de dodelijke schoten werden afgevuurd tijdens een hoog oplopende ruzie tussen Miserere en Daga. Vermits er geen motief aanwezig was in hoofde van zijn cliënt en die evenmin noodzakelijke hulp had gepleegd om de misdaad mogelijk te maken, vroeg de raadsman de vrijspraak.
Na de replieken en twee uur beraadslaging antwoordde de jury ontkennend op de vragen nopens de moord. Enkel op de vraag of Spanu zich schuldig had gemaakt aan brandstichting bij nacht werd bevestigend geantwoord, De advocaat-generaal vorderde daarop vijf jaar gevangenisstraf.
Bron: Gazet van Antwerpen | 27 November 1991