Re: Pierre Sweerts

Kleine opmerking: volgens (ik vermoed) het boek van Bouten zoals Ben citeert in de eerste post was Sweerts 57 in 1985. Dus geboren in het jaar 1928. Volgens verschillende bronnen (onder andere Wikipedia, én het artikel van Botman waarnaar hieronder een link) was hij echter in 1918 geboren. Dus reeds 67 in 1985. Dit ter info.

» historiek.net/

Re: Pierre Sweerts

Bkv, wat het gedoe rond de mémoires betreft. Het was mss een zeer handige of creatieve manier om zijn bron niet te moeten vermelden. Soms heiligt het doel de middelen.

Dat vriendenkliekje rond Bouhouche heeft hij niet uitgevonden hé. Daar zijn inderdaad zelfs hier en daar foto's van. Stel dat zijn bron iemand uit die kliek is, dan heeft hij een geniale oplossing bedacht om dat niet te moeten zeggen. De teruggevonden mémoires van Bouhouche. Ook met jou ben ik het meestal oneens maar ik vind dat je analyse hierboven zeer correct is.

Re: Pierre Sweerts

Dat zou inderdaad goed de reden kunnen zijn. Die memoires blijft een bron van speculaties, maar dit is zeker heel plausibel. Hoewel Guy Bouten er hier en daar best wat aan veranderd zal hebben geloof ik wel dat het verhaal wat in die memoires staat wel echt is. Veel mensen verdenken Bouten er van dat hij het allemaal zelf verzonnen heeft, maar dat betwijfel ik ten zeerste. Waarom? Omdat zoiets op een gegeven moment altijd uitkomt, en dan ben je als journalist natuurlijk voor altijd ongeloofwaardig, en daar gaat Bouten zich vast niet aan wagen.

Maar het ging over Sweerts, en ik ben wel benieuwd wat jullie van deze man denken als evt. dader. Hij heeft er zeker wel het juiste profiel voor. Maar dat geldt helaas ook voor bv. Elnikoff, ik ben bang dat het heel lastig wordt om dat ooit nog te achterhalen. Wat wel tegen Sweerts spreekt is dat hij in 1985 dus 67 zou geweest zijn, en dat lijkt me toch knap oud voor een overvaller/terrorist, maar onmogelijk is het natuurlijk zeker niet.

14

Re: Pierre Sweerts

Martin Holland wrote:

Die memoires blijft een bron van speculaties, maar dit is zeker heel plausibel. Hoewel Guy Bouten er hier en daar best wat aan veranderd zal hebben geloof ik wel dat het verhaal wat in die memoires staat wel echt is. Veel mensen verdenken Bouten er van dat hij het allemaal zelf verzonnen heeft, maar dat betwijfel ik ten zeerste. Waarom?

Heb je zijn boek gelezen? Ik heb zijn laatste boek direct gekocht en zelfs tweemaal gelezen, maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat de memoires door Bouten zelf zijn geschreven. Je kunt dit zien aan de hand van de informatie die uit de memoires naar voor komen, dit is allemaal bekende materie en elders terug te lezen.

En voor wat Sweerts betreft, geldt ook voor Beuckels... ze kunnen het zijn maar ook niet. Je komt er ook nooit achter want ze zijn dood. Dat maakt het voor Bouten ook wel heel makkelijk; doden protesteren niet.

Re: Pierre Sweerts

Ja nou, ik denk daar wat anders over, ik kan me niet voorstellen dat je zoiets helemaal zou verzinnen, want als het uitkomt, en zoiets komt altijd uit, dan kun je het als journalist wel vergeten. Maar goed, maakt niet uit, even goede vrienden. big_smile

Dat het niet mee zal vallen om te bewijzen of Sweerts en Beuckels het waren ben ik wel met je eens, dat kan eigenlijk alleen als iemand die er zelf bij betrokken geweest is hun naam noemt, en dan moet dat ook nog maar eens waar zijn Natuurlijk kan een dode niets meer zeggen, maar stel dat ze nog wel geleefd hadden en gezegd hadden: Ja, ik was de killer of ik was de oude, dan was dat net zo min een bewijs geweest, dan had dat ook nog bekrachtigd moeten worden door materiële elementen.

16

Re: Pierre Sweerts

Internationaal spion te Brussel aangehouden

Begin Mei is te Brussel Pierre Sweerts aangehouden, die naar thans blijkt een grote rol heeft gespeeld in een onverkwikkelijke Nederlandse aangelegenheid. Belg van geboorte, was hij als gewezen SS-man bij verstek ter dood veroordeeld, nadat hij tijdens de oorlog eerst voor Duitsland, later voor de Engelse Secret Service spioneerde. Hij beschikte over hoge relaties in allerlei kringen en in vele landen.

De Nederlandse bladen Trouw en De Volkskrant onthullen hoe hij in dienst van de Nederlandse stichting "Door de Eeuwen Trouw", die een hulpactie ten voordele van Ambon had ingezet, grote bedragen uitgaf in België en Nederland, waar hij wapens voor het ondergrondse verzet der Ambonezen aankocht, zomede een tweedehands Lockheedvliegtuig en een radiozender. Als agent van "Door de Eeuwen Trouw" stond Sweerts op het punt een opstand der Ambonezen te organiseren, waarvan de beruchte ex-kapitein Turk Westerling het bevel moest nemen.

Westerling, die clandestien een paspoort kreeg van een inmiddels ook gearresteerde ambtenaar bij het Nederlands consulaat te Brussel, bevindt zich thans te Tanger en zou vandaar uit met het aangekochte vliegtuig naar de Zuid-Molluken worden gebracht. Intussen was Sweerts er in geslaagd, dit vliegtuig, evenals zijn radiozender, op een Belgisch vliegplein onder te brengen. De radiozender was bestemd om een rechtstreekse radioverbinding tussen Nederland en Ceram te onderhouden en voor het voeren van propaganda tegen de Indonesische regering.

Sweerts, die achtereenvolgens onder de schuilnamen Le Cocq, Fort, Van Donk, Dubois, Zola, Le Coig en Van Beveren, opereerde, zou van de stichting "Door de Eeuwen Trouw" ruim een kwart miljoen gulden hebben ontvangen, waarvan echter nog een groot deel op een Belgische bank staat. Deze sensationele zaak heeft in Nederland grote opschudding gemaakt en nam gisteren de eerste pagina's der dagbladen in.

Bron: Gazet van Antwerpen | 12 Juni 1951

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube

17

Re: Pierre Sweerts

GEHEIMEN ROND HET ENGLAND-SPIEL (13)

De Belg Sweerts: spion nr: I in Wereldoorlog nr: II Duitsers vertrouwden hem, maar hij diende de Britten

De internationale spionage is een vreemde wereld, waarin men de zonderlingste figuren, de meest wonderlijke idioten en de briljantste koppen kan ontmoeten. Het wil wat zeggen, als wijde Belgische gewezen onderofficier Pierre Sweerts van al de vreemde kerels, die in de jongste oorlog in Europa hebben geopereerd, de meest avontuurlijke, meest succesvolle en meest onbegrijpelijke figuur noemen. Het leven, dat Sweerts in de jaren 1940-1948 heeft geleid, is zó avontuurlijk, dat het stof genoeg oplevert voor een boeiende roman.

Sommigen hebben de opeenstapeling van avonturen, die deze Belg beleefde, nog niet mooi genoeg geacht en ze hebben er uit eigen fantasie nog het een en ander bijgemaakt. Mr. Vander Starp beweert in zijn verwarde brochure over het England-Spiel onder meer dat Sweerts (die volgens hem misschien de dubbelganger van Anton van der Waals, de befaamde "Emiel Verhagen" is) korte tijd geleden met Britse papieren op een Griekse boot van Nederland uit naar Argentinië is vertrokken. En het weekblad Wereldkroniek praat dit na: Sweerts is onder de veilige vleugels van de Secret Service en geholpen door onze Nederlandse autoriteiten naar elders verdwenen.

Het spijt ons, dat we deze geheimzinnige verhalen alweer naar het rijk der fabelen moeten verwijzen. Want de na de oorlog in Nederland verblijvende, in België terdoodveroordeelde, niet-uitgeleverde SS-Obersturmführer Pierre Sweerts, is na een verblijf aan de boorden van de Middellandse Zee en na een korte carrière als kotterkapitein in Engeland, enige tijd geleden, als gevolg van een schipbreuk op onze kust, in Nederland teruggekeerd. Hij woont thans in ’t Westen des lands. En om maar meteen een einde aan de onzin te maken hij is niet in Argentinië geweest, hij reisde niet onder de schutse van de Secret Service, hij stapte niet op een Griekse, maar op een Panamese schuit en hij is niet de Emiel Verhagen, waar Vander Waals over leutert. De man heeft Vander Waals nooit in zijn leven ontmoet. Maar als men dit alles schrapt, blijft er nog genoeg over ...

Om bij het begin te beginnen: Pierre Sweerts, die nu omstreeks 34 jaar oud zal zijn, woonde in Lanklaar, een klein plaatsje m de Belgische Kempen, toen Hitlers legers in Mei 1940 de lage landen binnendrongen. Sweerts, die overtuigd katholiek is en daar met bijna propagandistische felheid de nadruk op legt, streed als onderluitenant in ’t Belgische leger en hij onderscheidde zich door zijn bijna roekeloze dapperheid. Die strijd tegen het Duitse nazidom zette hij ook na de capitulatie voort. Hij werd een zeer actief illegaal werker en hij kreeg al vrij spoedig nauw contact met de bekende dr. Goffard uit Brussel, die een spionnage-organisatie contra de Duitsers opbouwde. En het staat onomstotelijk vast, dat Pierre Sweerts met ware 'hartstocht hielp bij het verzamelen van gegevens over het Duitse leger gegevens, die bestemd waren voor de geallieerde legerleiding.

Maar hoe gevaarlijk en hoe spannend dit spionnagewerk ook was, het was niet spannend en niet gevaarlijk genoeg voor de avontuurlijke geest van Sweerts. Hij had een vrouw en hij had een kind en hij hing aan hen met al de toegewijdheid van zijn warme hart maar het grote avontuur trok hem sterker dan alles wat hem dierbaar was. Want deze man heeft de geaardheid van het thans vrijwel uitgestorven ras der grote rustelozen, der over-actieven, waaruit in de vijftiende en zestiende eeuw de zwervers over onbekende zeeën zijn gesproten. Sweerts wilde het spionnagespel spelen in de grootst denkbare stijl! Bij de Duitsers TM IJ sprak er met dr. Goffard over. Hij wilde toetreden tot het in België gevormde SS-bataljon en hij wilde, terwijl hij in schijn geheel met de Duitsers medewerkte, als penetratie-agent hun geheimen te weten komen. Dr. Goffard ontried het hem.

Maar Sweerts zette zijn zin door, hij werd SS-man, trok het gehate uniform aan en kletste de Duitsers zoveel brallende, onzin in de oren, dat hij snel opklom tot Obersturmführer. Waarmee hij zich de vurige haat op de hals haalde van alle Belgen, die wel Pierre Sweerts, maar niet zijn overwegingen kenden. En waarmee hij zich na de oorlog een bij verstek uitgesproken doodvonnis op de hals zou halen... Bij de Duitsers werd Sweerts al gauw een gewaardeerd man. Hij kreeg een positie in het Reichs Sicherheits Haupt Amt en zat daardoor midden in de Duitse spionnage. Daartoe hielp vooral mee, dat hij kon schermen met relaties in Spanje, waar hij vrienden had onder de leiders van Franco’s Falange en voorts steunde hij in niet geringe mate op het feit, dat hij bekenden had in de kringen rond koning Leopold.

In een grote auto reed hij kris-kras door Europa; alle deuren van alle bureau's gingen voor hem open. Er waren maar weinig geheimen waar Pierre Sweerts geen kennis van droeg, verrichtte hij niet persoonlijk koeriersdiensten tussen Berlijn en Madrid? Was hij niet de vertrouwde van Himmler en Franco tegelijkertijd? Er ligt een dikke sluier over dat andere grote geheim: hoe in die koortsachtig-spannende dagen zijn verhouding tot Londen was. War de geheimen van de Engelse Intelligence zijn een met zeven zegelen gesloten boek en de journalist die daarin doordringt moet nog geboren worden.

Dat die verhouding goed is geweest valt echter positief er te leiden uit ’t feit, dat Sweerts die als terdoodveroordeelde Belg in Nederland vertoefde, na de bevrijding niet is uitgeleverd. De Nederlandse justitie heeft Sweerts aan de Belgische autoriteiten aangeboden. Maar Brussel stelde op zijn uitlevering geen prijs. Men wilde hem niet hebben! En wie nu weet, dat het een internationale regel is, dat geheime agenten wederzijds niet worden uitgeleverd, kan zelf zijn conclusie trekken. De Engelsen hebben hun hand beschermend opgeheven over het veroordeelde hoofd van Pierre Sweerts. En zij hebben dat stellig niet gedaan om de aardige kleur van zijn ogen

Bijna ongelofelijk W/ AT wij nu gaan zeggen klinkt vj zo volkomen ongelofelijk, dat wij het zelf aanvankelijk ook niet hebben geaccepteerd. Maar een diepgaand onderzoek heeft ons de volstrekte zekerheid gegeven van de juistheid der verhalen, die hierover in internationale spionnagekringen lopen: Pierre Sweerts is in de oorlogsjaren de leider geweest van de Duitse spionnage in Perzië en Afghanistan een gebied, dat voor de Engelsen van de allergrootste betekenis was. Hoe de Duitsers zo ongelofelijk dom zijn geweest om aan een Belg de leiding toe te vertrouwen aan het Referaat Perzië/Afghanistan van het Reichs Sicherheits Haupt Amt zal wel voor altoos een open vraag blijven.

Er heeft maar één man geleefd, die het raadsel had kunnen oplossen: admiraal Canaris, de Duitse opperspion, die verdacht van verraad werd terecht gesteld... Pierre Sweerts, die nooit in Perzië of Afghanistan was geweest, die geen van de daar gesproken talen kende, die nooit spionnagevakman was geweest een Belg, die ineen zeer subalterne rang als beroepssoldaat trouw en dapper zijn land had gediend, kreeg zeggenschap over de Duitse geheime agenten, die werkten ineen landstreek, die voor de Engelsen en voor de gehele geallieerde oorlogvoering van vitaal belang was. Een film, die een zodanig gegeven zou behandelen, ware onaanvaardbaar voor iedere criticus. Men zou het een onwaarschijnlijk leugenverhaal noemen. Maar in de wereld van de internationale spionnage is alles mogelijk. Dat zal in ons volgend artikel over de avonturen van Pierre Sweerts nog duidelijker worden.

Bron: Het Rotterdamsch Parool | 21 Mei 1949

18

Re: Pierre Sweerts

Sweerts zit te Antwerpen

Naar te Brussel wordt vernomen, verblijft de in de zaak-Westerling genoemde Pierre Sweerts, die destijds door de krijgsraad van Tongeren bij verstek ter dood werd veroordeeld, thans in de gevangenis van de Begijnenstraat te Antwerpen.

Hij zegt een voorname rol gespeeld te hebben in het verzet tijdens de oorlog. Sedert 1946 leefde hij onder een valse naam. Pierre Sweerts werd drie weken geleden gearresteerd. Hij zal in Antwerpen terechtstaan in een aantal zaken: een auto-ongeval, het dragen van een valse naam en het onwettig bezit van wapens.

De volgende week zal Sweerts naar Luik worden overgebracht, waar hij ter beschikking zal worden gesteld van het Militaire Hof.

Bron: De Telegraaf | 14 Juni 1951

Sweerts 17 Juni voor Militair Hof

Het Militair Hof te Luik behandelt op 19 Juni het hoger beroep, dat Pierre Sweerts heeft aangetekend tegen het doodvonnis dat de krijgsraad te Tongeren begin 1947 bij verstek tegen hem heeft gewezen.

Sweerts, die officier is geweest in het Belgische leger, werd toen veroordeeld wegens het in Duitse dienst maken van jacht op illegalen. De beschuldiging, waarop hij thans in de gevangenis te Antwerpen wordt vastgehouden, luidt het bezit van wapenen en het gebruik van valse papieren.
Intussen zijn nadere bijzonderheden bekend geworden over zaken, waarvan Sweerts al dan niet direct kennis had. Deze zaken hebben betrekking op smokkel van wapenen en een valse passencentrale in België. Merkwaardig is dat bij naspeuringen over deze valse passencentrale wéér de naam Schallenberg opduikt.

In Nederland werd deze centrale namelijk „vertegenwoordigd" door een hier wonende Belg, bij wie Schallenberg meer dan eens aan huis is gesignaleerd. Deze Belg is bovendien weer een goede bekende van Sweerts.

Het vermoeden bestaat thans, dat Sweerts via deze centrale aan het paspoort is gekomen op naam van D. van Donk, de vroegere weggezuiverde rijksrechercheur. Van deze laatste valt nog te vermelden, dat hij in opdracht van de inlichtingendienst-Elzinga over Schallenberg vóór diens dood een dossier heeft samengesteld.

Bron: De Volkskrant | 13 Juni 1951

19

Re: Pierre Sweerts

'Soan' beraamde aanslag op Drees

De particuliere inlichtingendienst Soan moet vlak na de tweede wereldoorlog als een soort Gladio-achtige club hebben opgetreden. De organisatie had plannen voor de ontvoering van en moord op politici als Drees en Van Maarsseveen.

In het boek 'Gladio der vrije jongens' dat gisteren in Den Haag werd gepresenteerd, wordt gemeld dat de Stichting opleiding arbeidskrachten Nederland, zoals de Soan voluit heet en die in 1949 werd opgeheven ook bezwarende dossiers aanlegde van vooraanstaande personen als prins Bernhard en Albert Plesman. Daarnaast was de dienst betrokken bij de geruchtmakende dood van de Duitser Schallenberg in een Haagse vijver. Die moord zou met een smokkel in diamanten te maken hebben gehad en zijn gepleegd door de Belgische oorlogsmisdadiger Pierre Sweerts.

Dossiers

De Rotterdamse historicus B. de Graaff en de Amsterdamse politicoloog C. Wiebes hebben de anticommunistische organisatie beschreven aan de hand van tientallen dossiers van de BVD en Justitie. De stichting werd geleid door ir. A. Hacke, Kamerlid voor de Partij van de vrijheid, voorloper van de VVD. Volgens de auteurs was Hacke een vriend van minister D. Stikker (buitenlandse zaken). Premier Beel zou het hoofd van de Centrale veiligheidsdienst, voorloper van de BVD, hebben gedwongen met de Soan samen te werken. Leden van de inlichtingentak van de Soan, geleid door ex-verzetsman T. Elsinga, zouden eerder betrokken zijn geweest bij een poging tot staatsgreep van de Landsknechten.

Tijdens de Rondetafelconferentie voorafgaand aan de soevereiniteitsoverdracht van Indonesië zouden vanuit deze kringen ontvoeringen en aanslagen op de deelnemers zijn beraamd, onder wie premier Drees en de Indonesische minister Hatta. Opmerkelijk is dat Soan fors werd 'gesponsord' door bedrijven. De auteurs kwamen kwitanties tegen van bedrijven als Heineken, Shell (formeel 'De Bataafse petroleummaatschappij'), SHV, en Unilever. Sommige bedrijven stortten jaarlijks 25 000 gulden, omgerekend naar de huidige koersen een bedrag van een kwart miljoen gulden. De deelnemers van de Soan werden, nadat de Koninklijke marechaussee en de voorloper van de BVD een einde aan haar activiteiten hadden gemaakt, „opmerkelijk mild behandeld". Hacke mocht bijvoorbeeld voorzitter van de Ziekenfondsraad blijven tot zijn pensionering in 1958.

Bron: Trouw l 15 mei 1992

20

Re: Pierre Sweerts

Mysterie-Schallenberg na 20 jaar nog niet opgelost

Geheimzinnige heer X werd nooit door politie verhoord

De emoties laaien niet meer zo hoog op als twintig jaar geleden, maar bij het horen van de naam Schallenberg herinnert menigeen zich nog deze waarschijnlijk meest geheimzinnige moord-zelfmoord uit de Nederlandse criminele geschiedenis. De zaak Schallenberg bevatte alle elementen voor een spannende avonturenroman. Weifelende politie, verdwenen miljoenen, plotseling opduikende ter dood veroordeelde oorlogsmisdadigers en geheimzinnige ongelukken. Waar de politie achterbleef ging de pers speuren. Maar niemand kon een antwoord geven op de vraag die geheel Nederland maanden bezighield: wie pleegde de zelfmoord op Friedrich Schallenberg?

De zaak-Schallenberg begon op 14 september 1949, toen een agent van de Haagse politie 's morgens om acht uur in het dertig centimeter diepe water van de vijver bij de Groothertoginnelaan het lijk van een verdronken man vond. Waarschijnlijk zou er niets aan de hand zijn geweest, als niet op zondag 18 september commissaris Hanken van de Haagse recherche werd gebeld door een rijksrechercheur die hem meedeelde dat de inmiddels geïdentificeerde 44-jarige Fritz Schallenberg niet was verdronken maar was vermoord.

Onmiddellijk werd het politie-apparaat in werking gesteld. De Haagse politie onderzocht de feiten die een moord deden vermoeden en kwam eveneens tot de conclusie dat er misschien te snel toestemming was gegeven voor de begrafenis van de man die zoals men dacht zelfmoord had gepleegd.

In overleg met de officier van justitie werd besloten het lijk 's maandags op te graven. De sectie werd verricht door de bekende patholoog-anatoom dr. Hulst uit Leiden die vaststelde dat Schallenberg toch zonder meer was verdronken. Maar de twijfels waren reeds gerezen, er kwamen bijzonderheden los over Schallenberg die in Duitsland was geboren onder de naam Friedrich von Wirtz. Dat Schallenberg zich met vele duistere praktijken bezighield, ondanks zijn dekmantel als mede-eigenaar van een sportzaak en exploitant van een aantal tennisbanen, was een algemeen vermoeden.

Hoe het bericht in de wereld kwam weet niemand meer, maar plotseling was Schallenberg de hoofdfiguur geworden in de zaak van de verdwenen miljoenen van dr. Mucke.

Vreemde praktijken

Mucke en Schallenberg, wie waren zij? Beide Duitsers waren al lang voor de Duitse inval naar Nederland gekomen en bepaald geen vrienden van Hitler. Schallenberg nam zijn intrek in de Haagse Piet Heinstraat 26a en verdiende zijn geld in de tenniswereld, o.a. als oefenmeester. Niemand kreeg echter goed hoogte van de werkelijke praktijken van Schallenberg, niemand wist waarom hij zijn naam had veranderd zoals na zijn dood bleek. In de oorlog kwam Schallenberg in dienst van de Feldgendarmerie en verrichtte daar waardevol werk voor de illegaliteit. Na de bevrijding was hij tipgever van de politie omdat hij door zijn werkzaamheden in de oorlog goed op de hoogte was van allerlei zaken, o.m. de houding van diverse Haagse politiemensen in oorlogstijd en de moorden op enkele illegale werkers.

Dr. Mucke was net als Schallenberg een man die niet veel met Adolf Hitler op had. In 1933 kwam hij naar Nederland met een aantal valse titels voor zijn naam. Binnen enkele maanden was deze sluwe zakenman betrokken bij vele geheimzinnige financiële manipulaties in ons land. Zo was hij een tijdlang financieel adviseur van het Vatikaan geweest en bezat hij een brief van het Vatikaan waarin alle nuntiaturen werd verzocht hem medewerking te verlenen bij zijn taak. Zelf stichtte hij een aantal vennootschappen die zo ingewikkeld in elkaar zaten, dat zelfs de fiscus er nooit meer is uitgekomen.

Zijn houding in de oorlog was tweeslachtig. De anti-nazi Mucke werd aangesteld tot inkoper in Nederland voor het nazi-ministerie dat moest zorgdragen voor de bevoorrading van de bezette gebieden in het oosten. Mucke plaatste orders die in de miljoenen liepen, maar bleef tegelijkertijd goed bevriend met een aantal Nederlanders, dat beslist aan de goede kant stond. Waar Mucke miljoenenorders plaatste zorgde deze sluwe zakenman er wel voor dat hij niets tekort kwam. Binnen enkele jaren was hij dan ook miljonair. Na de oorlog, toen de Nederlandse fiscus hem voor maar liefst vier miljoen gulden wilde aanslaan, bleek Mucke plotseling verdwenen. In 1949 bleek hij echter nog in Venetië te wonen, zijn brandkast in Utrecht was leeg, hoewel vast stond dat de Mucke-miljoenen nog in Nederland moesten zijn.

NSB-garage

Via een Utrechts garagebedrijf kwam Schallenberg met de Mucke-poet, zoals de miljoenen aan effecten en juwelen werden genoemd, in aanraking. Bij dit garagebedrijf werkten een aantal voorwaardelijk vrijgelaten NSB'ers, dat er nogal prat op ging met een enkele schroevendraaier een realistisch auto ongeluk te kunnen arrangeren. Op 15 augustus 1945 sloeg op een dijk bij Gorinchem de auto van pater L.A. Bleys over de kop. De pater overleefde het ongeluk niet. Bij nader onderzoek leken de boutgaten te zijn ingescheurd. Opzet? In ieder geval leefde de grote verzetsman "Lodewijk" niet meer. Ook de auto van de toneelschrijver Eduard Veterman, die eveneens bij het Utrechtste garagebedrijf in reparatie zou zijn geweest, bleek waarschijnlijk onklaar te zijn gemaakt. Veterman en zijn vrouw botsten frontaal op een legertruck omdat de rem doorschoot.

In 1949 speelde de garage een rol in de Mucke-poet. Als procuratiehouder werkte toen bij het bedrijf een man die toezicht moest houden op een Utrechtse koopman, een ex-politieke delinquent. De Utrechtse koopman lichtte zijn toezichthouder in dat een relatie van hem liep te leuren met een groot pakket zware effecten, te groot voor de Utrechtenaar om er handel in te zien. De procuratiehouder-toezichthouder speelde de tip weer door aan zijn baas die in de oorlog als "Ome Ko" had samengewerkt met Schallenberg. Volgens "Ome Ko" draaide het hier om de verdwenen Mucke-miljoenen en Schallenbergs interesse was al spoedig gewekt. Via Ome Ko kreeg hij enkele effecten ter inzage en toen de Duitser ze 's avonds thuis zat te bekijken zei hij tegen zijn vrouw: "Als deze zaak goed loopt zit er voor mij ook wel wat aan".

Geruchten

Omdat de politie niets wenste mede te delen, weri het publiek overstroomd met talloze geruchten, gingen de journalisten zelf op onderzoek uit totdat de Haagse procureur-generaal, mr. J. Versteeg, het ongebruikelijke verzoek deed aan de pers geen publikaties meer aan de zaak-Schallenberg te wijden. Hoe ver de verschillende speurtochten van de journalisten ook uit elkaar liepen, kenmerkend was het dat zij allen op hetzelfde punt strandden.

In zelfmoord geloofde niemand. Schallenberg had immers afspraken gemaakt voor de volgende dag en verkeerde niet zoals de politie verklaarde in financiële en huiselijke moeilijkheden. Dit nog afgezien van de vraag of het technisch mogelijk is zelfmoord te plegen in slechts dertig centimeter diep water. Maar als Schallenberg inderdaad werd vermoord dan moest het op een bijzonder handige manier zijn gebeurd, zo sluw dat zelfs een eminent onderzoeker als dokter Hulst het niet kon ontdekken.

De krantesporen. Een kleermaker vertelde het Haagsch Dagblad dat Schallenberg laat in de avond van de dertiende zou zijn opgebeld door een vriend uit Utrecht. Schallenberg zou toen hebben gezegd: "Ik kan nu niet langer met je spreken omdat ik naar iemand toe moet". Die iemand zou de omstreden heer X zijn geweest. De vriend uit Utrecht ontkende later Schallenberg te hebben gebeld maar zou weer later hebben verklaard: "Ik heb geen zin om ook als zelfmoordenaar in een vijver terecht te komen."

Pauselijke legatie

Toen Schallenberg de effecten echt had bevonden tipte hij zijn contactman bij de rijksrecherche. Schallenberg berichtte de opkoper in Utrecht dat htj de effecten wilde overnemen en beraamde samen met de rijksrechercheur een val. Hij maakte met de opkoper de afspraak dat de miljoenen hem op de pauselijke legatie in Den Haag overhandigd zouden worden, als zijnde neutraal terrein waar de politie niet zou kunnen ingrijpen. Voordat de Utrechtse opkoper de legatie zou binnenkomen zouden twee rechercheurs de buit in beslag nemen en overhandigen aan het na de oorlog ingestelde beheersinstituut. Ome Ko kreeg bericht dat de transactie dinsdagmorgen 14 september plaats zou vinden. Ome Ko zou in in de avond van 13 september Schallenberg bellen om hem te berichten of de Utrechtse bezitters van de Mucke-miljoenen met plaats en tijdstip akkoord gingen.

Zoals gewoonlijk legde Schallenberg die avond een kaartje in het Goude Hooft en keerde daarna terug naar huis om op het telefoontje te wachten dat nooit kwam. Er moest das iets zijn misgegaan. Om half één ging Schallenberg naar bed, ongerust, wat kon er aan de hand zijn? Om kwart voor één ging hij naar buiten een luchtje scheppen. In de Zoutmanstraat bij de Van Speykstraat kwam hij twee meisjes van zijn tennisclub tegen, opgewekt riep hij hen toe: "Jullie zijn ook nog laat aan de boemel". Het waren de laatste woorden van Schallenberg. De volgende morgen werd hij dood gevonden in de vijver.

De heer X

De Haagse Dagbladverslaggever besloot toch de heer X op te zoeken. Deze bleek op nog geen... vijftig meter afstand te wonen van de plaats waar Schallenberg dood was aangetroffen. Ook bleek de heer X leider van een particuliere spionagedienst van uiterst rechtse ex-illegalen. De heer X ontving de verslaggever vriendelijk en verklaarde dat Schallenberg hem nooit had kunnen opzoeken omdat X toen in het ziekenhuis Zuidwal lag. Navraag daar toonde aan dat X pas drie dagen na de moord in het ziekenhuis was opgenomen.

De Volkskrant werd door een tip op het spoor gebracht van de Belgische oorlogsmisdadiger Pierre Marie Sweerts, die in 1946 door een Belgische rechtbank ter dood was veroordeeld maar naar Nederland wist te ontkomen. In Nederland kwam hij in de gevangenis omdat hij 68 valse paspoorten had laten drukken bij een drukkerij in Den Haag. Eigenaar van deze drukkerij was... de heer X. Na zijn vrijlating werd de oorlogsmisdadiger chef-de-bureau bij... de heer X. Toen er ook nog mensen waren die beweerden dat zij Schallenberg de avond van de dertiende een huis hadden zien binnengaan, waar een der andere leiders van de particuliere spionagedienst woonde en hem twee-en-een-half uur later naar buiten zagen komen met vier mannen, onder wie Sweerts, drong de perser bij de procureur op aan de heer X. te verhoren. Mr. J. Versteeg verklaarde toen: "De pers kan mij niet dwingen bepaalde mensen te verhoren".

Op een plattegrond van Den Haag blijkt dat Schallenberg rechtstreeks in de richting van het huis van de heer X liep. De politie deed echter niets met deze aanwijzingen. De heer X leefde nog een paar jaar in Den Haag en verhuisde toen naar een villadorp. Zijn spionagedienst werd opgerold en Sweerts werd uitgeleverd aan België waar in Luik nog een doodvonnis op hem lag te wachten.

De poet van Mucke kwam niet boven water, Mucke zelf, die in 1949 nog in Venetië woonde, liet ook nooit meer iets van zich horen. In 1952 kwam de zaak nog een keer in behandeling bij de vaste commissie voor privaat- en strafrecht uit de Tweede Kamer. Men concludeerde toen dat een onderzoek geen zin meer had, omdat de meeste sporen al waren uitgewist. De zaak-Schallenberg bleef duister en men kan slechts gissen naar het waarom. Wist de Utrechtse bezitter van de effecten dat Schallenberg contact had opgenomen met de rijkspolitie? Wist Schallenberg te veel en bestond de kans dat hij zou doorslaan en vertellen over de praktijken van ex-illegale groeperingen, over enkele oud-politiemensen die zich als goed voordeden maar toch de Duitsers namen en adressen in handen hadden gespeeld? Ook nu nog zijn de betrokkenen zwijgzaam en bleef de politie bij de conclusie: dood door verdrinking.

Bron: Leeuwarder courant | 17 september 1969