Topic: Eigenbrakel: 6 September 1978
Samenvatting
Wat? Drievoudige moordpoging
Waar? Rue de la Gare in Eigenbrakel » Google Maps
Wanneer? 6 September 1978
Wie?
- Jean-Claude Poliart, geboren op 21 januari 1948
- René Janssens, geboren op 13 maart 1953Wapen: Een halfautomatisch FN-pistool, kaliber 9mm
Wagen: de daders gebruikten een huurwagen
Status: Opgelost
Jean-Claude Poliart schoot in totaal 18 kogels af. Toen hij gearresteerd werd, had hij nog 98 patronen op zak. Poliart was altijd gewapend en hield veel schietoefeningen in de kelder van het huis waar hij woonde. In januari 1980 verschenen beide mannen voor het Hof van Assisen van Brabant.
Jean-Claude Poliart en René Janssens tijdens het assisenproces:
Schietpartij te Eigenbrakel
Tijdens de nacht van dinsdag op woensdag had in de Stationsstraat te Eigenbrakel een schietpartij plaats. Twee jonge mannen gingen er op de vuist en grepen vervolgens naar een vuurwapen. Het betreft de 30-jarige Jean-Claude Poliart en René Janssens, 25 jaar, beiden wonende in de streek. Het slachtoffer Mw. Madeleine Dussart, 24 jaar oud, werd met zeer ernstige verwondingen naar het ziekenhuis overgebracht.
Bron: Gazet van Antwerpen | 7 September 1978
Brutaal duo op de bank der beschuldigden
Voor het Hof van Assisen van Brabant, voorgezeten door raadsheer Van de Walle, begon maandag het proces van de 32-jarige Jean-Claude Poliart, loodgieter wonend rue de la Goëtte te Eigenbrakel, en van de 26-jarige René janssens, wonende rue de la Croix, eveneens te Eigenbrakel.
Beide mannen worden ervan beschuldigd op 6 september 1978 Madeleine Dussart, bijzit van Poliort, en de ouders van deze vrouw, Fernand Dussart en Clementine Jacobs, met voorbedachte rade te hebben willen doden met een 9mm-pistool. Poliart wordt verdedigd door Mrs. Eric Vergauwen en De Haan, terwijl Janssens als advocaat Mr. De Bontridder heeft. Het openbaar ministerie is vertegenwoordigd door advocaat-generaal Bach. De jury is samengesteld uit 7 vrouwen en 5 heren.
Na de voorlezing van de akte van beschuldiging begon voorzitter Van de Walle met de ondervroging van Poliart. Daaruit bleek dat Poliart door zijn ouders erg werd verwend en zonder veel problemen opgroeide, ook al was er soms onenigheid in het huishouden aIs gevolg van de dronkenchap van de vader.
Brutale kerel
Al op 14-jarige leeftijd ging Poliart als loodgieter werken maar viel op door zijn onstandvastigheid en afkeer om te moeten werken onder gezag. Op 17-jarige leeftijd leerde hij de 13-jarige Claudine Descamps kennen, met wie hij later trouwde en die hem twee kinderen schonk. Poliart, die steeds met wapens op zak rondliep en vaak zijn geschillen regelde onder bedreiging van een pistool, schoot op 25 november 1969 een kogel af in de richting van zijn echtgenote, die aan de kuit werd gewond. Hij vluchtte dan naar Frankrijk, leefde als een zwerver en werd er uiteIndelijk aangehouden en aan België uitgeleverd, waar hij werd veroordeeld.
Poliart maakte nadien kennis met Madeleine Dussart, met wie hij ging samenwonen. Deze vrouw schonk hem ook nog een kind, maar Poliart stelde zich vaak zodanig brutaal aan dat deze hem in de steek liet in juli 1978. Pohan had de nacht voordien in de slaapkamer van de vrouw verscheidene kogels afgevuurd om zijn bijzit bang te maken.
EnkeIe weken na het weggaan van zijn bijzit was bij Poliart René Janssens komen inwonen, een man die enkele weken vroeger uit de gevangenis was vrijgekomen, waar hij een straf had uitgezeten wegens diefstallen. Janssens kende een erg ongelukkige jeugd en groeide op in één der tehuizen voor verlaten kinderen.
Dronken
Na herhaaldelijk te hebben gepoogd zijn bijzit te overhalen weer bij hem te komen inwonen, deed Poliart op 6 november 1978 een beroep op Janssens om hem tot bij de ouders van zijn bijzit te vergezellen, want hij wilde er afrekenen met haar moeder. Beide mannen waren dronken toen ze bij de ouders van Madeleine Dussart belden. Zodra de ouders de deur openden, begon Poliart ze met een 9 mm-pistool te bedreigen. Madeleine zelf wilde haar ouders beschermen maar werd zelf gewond door drie kogels, nl. in de buik, de linkerdij en de linkerhand.
Poliart, die 18 kogels had afgevuurd, kon door een buurman worden ontwapend. Tijdens heel de scene was René Janssens tussenbeide gekomen door met een radiotoestel te slaan op het hoofd van Madeleine Dussart en ook door haar ouder te beletten naar de politie te beIlen. Als eerste getuige wordt onderzoeksrechter Beyens uit Nijvel gehoord. Hij heeft het over de talrijke bedreigingen vanwege Poliart, die steeds met een wapen op zak rondliep. Getuige vertelt dat Poliart zekere dag in een café zei, terwijl hij zijn revolver te voorschijn haalde: "Dit is voor mijn vrouw." Hij wou ontzag inboezemen door zich te doen doorgaan aIs een gewezen legioensoldaat, een huurling en zelfs als lid van de gerechtelijke politie.
Op het ogenblik van de feiten schoot hij naar zijn bijzit vanop een afstand van nauwelijks 20 cm. Daarbij riep hij: "Je zal nooit een andere man toebehoren". Toen Poliart de vader van zijn bijzit wilde neerschieten, kwam Madeleine voor hem gesprongen met de bedoeling hem te beschermen en kreeg zelf een kogel in de buik. Na zijn aanhouding bleek Poliart nog 98 patronen op zak te hebben.
De volgende getuige was adjunct-commissaris Goffin van de politie van Eigenbrakel. Hij had het over de schoten die Poliart loste nabij de slaapkamer in juli 1978. Zijn bang geworden bijzat liet hem daarop voor altijd in de steek. Er komen nog enkele rijkswachter getuigen, die onder meer verklaren dat Poliart en Janssens erg dronken waren op het ogenblik van de feiten.
Jaloers
Vervolgens is het de beurt aan de 25-jarige Madeleine Dussart, gewezen bijzit van Poliart, die zich samen met haar ouders aanstelt tot burgerlijke partij bij monde van Mr. Jacqueline Van Campenhout. Getuige vertelt dat Poliart nu eens vriendelijk en dan weer plots nerveus en heftig was. Hij kreeg aanvallen van jaloezie en kon dan verschrikkelijk boos worden. Getuige vertelt dat zij vaak werd gebrutaliseerd door Poliart, die nu eens met een dolk in haar richting gooide en dan in haar buik stampte, gewoon omdat ze in de tuin een paar planten had stukgetrapt. Zij zegt nog dat ze een eerste maal door Poliart in de buik werd geschoten. terwijl ze nog recht stond en de twee andere in de dij en de hand toen ze al in een zetel lag.
De ouders van Mádeleine laten zich in dezelfde zin uit. De laatste getuige is maandag Henri Hemelhoff, een buurman, die Poliart wist te ontwapenen en door voorzitter Van de Walle wordt gefeliciteerd omdat hij een tragedie kon voorkomen.
Heden gaat het getuigenverhoor verder.
Bron: Gazet van Antwerpen | 29 Januari 1980
Poliart verantwoordelijk, Janssens geestelijk onevenwichtig
In het proces voor het Hof van Assisen van Brabant waar Jean-Claude Poliart en René Janssens zich moeten verantwoorden, werden dinsdagvoormiddag slechts vier getuigen gehoord, als gevolg van een tijdelijk ongesteldheid van de tweede beklaagde, René Janssens.
Als eerste getuige komt Dr. Chailly, wetsarts, aan het woord. Hij verklaart dat de eerste kogel in de hand en de tweede in de bil geen blijvend letsel hebben veroorzaakt. De kogel die werd afgevuurd in de buik van het slachtoffer, heeft de darmen op vijf plaatsen beschadigd om dan via de rechterkuit het lichaam te verlaten. Deze kogel had dodelijk kunnen zijn, zo zegt de getuige. Het slachtoffer is blijvend werkongeschikt. Nieuwe operaties kunnen worden verwacht.
Kolonel Van der Stock, wapendeskundige, onderstreept dat het wapen van Poliart een FN 9mm was en halfautomatisch. De getuige verbaasde er zich over dat zoveel schoten met het wapen werden gelost: op de plaats van de feiten had hij achttien inslagen van kogels gevonden. Poliart zou zijn wapen tweemaal hebben moeten herladen. Alle kogels en hulzen die werden teruggevonden, waren afkomstig uit hetzelfde wapen, zo zegt hij. Hij kan echter niet bevestigen dat het slachtoffer op de canapé lag, maar alleszins stond ze niet recht.
Nadat de voorzitter de zitting gedurende een uur schorste wegens een ongesteldheid van Janssens, komt Dr. Schmitz, bioloog-apotheker, aan het woord. Hij heeft het alcoholgehalte in het bloed van de beklaagden gemeten. Voor Poliart bedroeg dat 2,48 en voor Janssens 2,39 gram. Voor iemand die niet gewoon is te drinken, betekent dat een verregaande staat van dronkenschap, aldus deze getuige.
De laatste getuige van de voormiddagzitting is professor Heyndrickx van de Gentse universiteit, die de invloed van de kalmeermiddelen die Poliart die dag had genomen, moest nagaan. Het gebruik van die geneesmiddelen kan bijkomende effecten hebben op de psychische en motorische reacties: kalmeermiddelen genomen samen met alcohol kunnen de agressiviteit doen toenemen.
Psychiaters getuigen
Tijdens de namiddagzitting werd aanvankelijk psychiater Dr. Guy Dom ondervraagd, die Poliart aan een onderzoek onderwierp. Volgens deze getuite kan Poliart zijn impulsen slechts gedeeltelijk beheersen en zijn toestand verergert nog wanneer hij onder invloed is van alcohol en daarbij nog bepaalde medicijnen heeft ingenomen. Poliart is voor een gedeelte psychisch gestoord en er bestaat maar weinig kans dat hij van deze ziekte ooit kan genezen.
Volgende getuigen waren psychiaters Drs. Deron en Beine, die beiden Poliart situeerden op de rand van het normale en abnormale. Wanneer Poliart daarbij dronken is, stelt hij zich bepaald onevenwichtig aan. Toch waren beide geneesheren van oordeel dat Poliart verantwoordelijk is voor zijn daden. Hij is onderhevig aan een minderwaardigheidscomplex en wil dat compenseren door het opbouwen van allerlei verzinsels. Hij is weinig geschikt om in de maatschappij te leven.
Wat beklaagde Janssens betreft, deze is geestelijk volkomen onevenwichtig. Hij was het zowel op het ogenblik van de feiten als thans. Janssens voelde zich steeds door iedereen verlaten en is niet bij machte om gelukkig te zijn.
Laatste psychiater was Dr. Van Vijve, die kwam getuigen op verzoek van de verdediging van Janssens. Hij zegde dat deze moeilijk het leven aankan en dat het beste middel om hem te helpen erin bestaat hem onder een psycho-sociale voogdij te plaatsen.
Nadien werden twee zusters van het slachtoffer Madeleine Dussart ondervraagd. Ze zegden eenparig dat Madeleine het hard te verduren had van Poliart, die haar vaak sloeg en soms het huisraad vernielde. Poliart hield veel schietoefeningen in de kelder van het huis dat hij betrok.
Nadien was het de beurt aan de 18-jarige Rita, een meisje dat op 16-jarige leeftijd een korte verhouding had met Poliart. Ze had met hem kennis aangeknoopt nadat hij haar een gratis reisje met een taxi had aangeboden. Deze getuige liet zich noch positief, noch negatief uit over haar gewezen vriend.
Vervolgens kwam Claudine Descamps, de gewezen echtgenote van Poliart, getuigen. Ze was 15 jaar oud toen ze met hem in het huwelijk trad. ook deze vrouw had het over het brutaal optreden van Poliart, die haar nu eens met een dolk bedreigde en haar op zekere dag een lading hagel in de benen schoot.
Kwam dan nog de 59-jarige Charles Janssens, vader van beklaagde René, getuigen. De man, die in zijn jeugd bokser was, had veel kinderen en kon niet instaan voor het onderhoud van zijn zoon René, zodat deze meestal in tehuizen voor verlaten kinderen diende te worden opeevoed.
Heden gaat het getuigenverhoor verder.
Bron: Gazet van Antwerpen | 30 Januari 1980
Ongelukkige Poliart wil nieuw leven beginnen
Op de derde dag van het proces van Jean-Claude Poliart en René Janssens voor het Assisenhof van Brabant kwamen woensdag de laatste getuigen van de beschuldiging en van de verdediging aan de beurt. De 32-jarige Poliart en de 26-jarige Janssens staan terecht voor de drievoudige moordpoging met voorbedachtheid op Madeleine Dussart, Poliarts vriendin, op Clementine Jacobs en op Fernand Dussart, de ouders van Madeleine.
De h. Lukac zag op 5 september 1978 in de "Ferme du Môle" hoe Poliart Bouvier een mep gaf waardoor diens bril op de grond vloog. Omstaanders en de exploitant van de Ferme du Môle scheidden Bouvier en Poliart en ze werden verzocht weg te gaan. Later hoorde men vuurschoten. De getuige was daarop buiten gegaan en had een lege patroonhuls opgeraapt en aan een rijkswachter gegeven.
De 68-jarige Bouvier komt in de getuigenbank vertellen dat hij Poliarts hond wou strelen. Hij zegt niet goed te begrijpen hoe hij een mep kreeg. Zijn bril was inderdaad op de grond gevallen.
Maria Dossin, een sociaal assistente, heeft Poliart ontmoet na het vertrek van Madeleine Dussart. Zij komt vertellen dat de beklaagde "ongelukkig was". Ook vertelt ze dat Poliart zijn woning aan het verfraaien was.
Gevangenisaalmoezenier Lefèvre zegt dat het moeilijkste probleem van Poliart is, na het verlaten van de gevangenis weer in de maatschappij leven. Hij denkt er aan naar het buitenland te gaan om er een nieuw leven te beginnen. In de getuigenbank volgen de getuigen mekaar op maar er worden geen nieuwe elementen aangebracht.
De zitting wordt geschorst om 12u15, en zal vandaag om 9 uur worden hervat met het rekwisitoor en de pleidooien. Het vonnis wordt vrijdag verwacht.
Bron: Gazet van Antwerpen | 31 Januari 1980
Verdediging vraagt medelijden voor Poliart en Janssens
Voor het Hof van Assisen van Brabant werd donderdag het proces voortgezet tegen Claude Poliart en René Janssens, beschuldigd van drie moordpogingen met voorbedachtheid op Madeleine Dussart en haar ouders.
Advocate Jacqueline Van Campenhout, 's morgen als eerste pleitte voor Madeleine Dussart en haar ouders, zei dat de feiten overduidelijk zijn. Zij beschreef de geestesgesteldheid van Madeleine en van Claudine Descamps, de eerste vrouw van Poliart, die beiden bang waren van Poliart. Madeleine draagt nog de sporen van de gebeurtenissen. Poliart is nog altijd een gevaarlijk individu, aldus de advocate. Janssens is alleen maar een meeloper, en Madeleine ziet in hem geen gevaar.
In zijn rekwisitoor schetste advocaat-generaal Basch eerst de persoonlijkheden van Poliart en Janssens. De eerste groeide in een gezin op, terwijl de tweede slechts homes en instellingen kende. Janssens wilde bewonderen, Poliart wilde bewonderd worden. Wat de feiten betreft, wilde Poliart de drie personen met voorbedachtheid van kant maken. Als een buur geen einde had gemaakt aan de schietpartij, zou een tragische afloop onafwendbaar zijn geweest.
Janssens, een meeloper, hechtte aanvankelijk geen geloof aan de bedreigingen van Poliart, tot hij de feiten bij Dussart meemaakte. Derhalve kan Janssens niet van voorbedachtheid worden beschuldigd. Wel verhinderde hij Madeleine en haar moeder de 900 te verwittigen.
De openbare aanklager besloot dat Poliart zwaar onevenwichtig is, en gevaarlijk. De advocaat-generaal vroeg zich af of Poliart toch niet beter kan worden bestraft. want er kan moeilijk een therapie op hem worden toegepast. Maar de jury moet daarover beslissen, aldus de openbare aanklager.
Mr. Dominique De Haan, eerste verdediger van Poliart, vertelde nogmaals het levensverhaal van zijn cliënt. Hij verwierp de mening dat de eerste vrouw van Poliart en Madeleine Dussart in vrees leefden voor hem. De advocaat geloofde daarentegen dat zij graag met Poliart leefden. Over de moordpogingen zei de advocaat, dat Poliart bijzonder was aangedaan door het vertrek van zijn vriendin. Hij deed al het mogelijke om haar terug te winnen, maar toen hij zag dat zulks niet ging, veranderde
hij van tacktiek en uitte bedreigingen.
Volgens de advocaat waren de doodsbedreigingen niet gemeend. Wel werd hij zenuwachtig, omdat Madeleine Dussart niet opdaagde. Pas dan ging hij naar de woning van de ouders van Madeleine. Hier had hij gemakkelljk kunnen doden, omdat zijn slachtoffers aan hem waren overgeleverd. Maar Poliart wilde alleen zijn "vrouw" komen opzoeken, niet haar doden of verwonden.
In de namiddag was het woord aan Mr. Eric Vergauwen, tweede verdediger van Jean-Claude Poliart, die vroeg de beschuldiging van slagen en verwondingen aan te houden. Wordt die vraag niet gesteld, dan meent de advocaat dat de juryleden in de eerste plaats moeten uitmaken of het om een al dan niet vrijwillige doodslag gaat.
De jury zal verder moeten uitmaken in welke geestestoestand de betichte verkeerde op het ogenblik van de feiten en welke zijn huidige toestand is. Er dient te worden uitgemaakt of Poliart door ernstige mentale storingen al dan niet in staat is zijn daden te controleren.
Mr. Philippe Humblet, eerste verdediger van René Janssens, schetste de levensloop van zijn cliënt die men "de kameleon" noemt. Als kind kende hij geen ouderliefde en verbleef voortdurend in tehuizen. Hij kwam bij de familie Biermez uit Bastenaken terecht, maar schaamde zich spoedig over zijn stommiteiten en verliet die familie.
Bij Poliart vond Janssens genegenheid en onderkomen. Janssens wou zich nuttig maken. Op 5 september wou hij alle heibel vermijden. Hij wou het ergste voorkomen. Mr. De Bontridder, tweede verdediger van René Janssens, begon met te verklaren dat zijn cliënt van geen internering wil weten, omdat hij het risico niet wil lopen lang geïnterneerd te blijven.
Wie kan immer na de debatten beweren dat Janssen een gevaarlijk individu is en achter de tralies moet worden getopt? Er is nooit van geweldpleging gesproken wanneer het om René ging. Hij is een goed en zachtaardig men die tederheid en begrip nodig heeft. Omdat hij de misdaden die hem ten laste gelegd worden niet heeft gepleegd mag de jury volgens Mr. De bontirdder niet doen interneren.
De betichte heeft recht op de voor hem meest gunstige thesis en daarom vroeg de advocaat dat de jury ontkennend zou antwoorden op de vraag naar de schuld van Janssens i.v.m. de moordpoging.
Vandaag volgen de replieken.
Bron: Gazet van Antwerpen | 1 Februari 1980
20 Jaar dwangarbeid voor Claude Poliart
Het Hof van Assisen van Brabant heeft vrijdagnamiddag Jean-Claude Poliart veroordeeld tot 20 jaar dwangarbeid wegens moordpoging op Madeleine Dussart. René Janssens werd vrijgesproken.
Vrijdag was de laatste dag voor het Hof van Assisen van Brabant, waar de zaak van Jean-Claude Poliart en René Janssens, beschuldigd van drievoudige moordpoging, werd behandeld.
De zitting begint met een tussenkomst van Mr. Vergauwen, verdediger van Poliart, die besluiten neerlegt waarin aan de jury bijkomende vragen worden gesteld in verband met de vrijwillige slagen en verwondingen en met de voorbedachtheid. Na beraadslaging weigert het hof de besluiten op te nemen.
Vervolgens worden de replieken gehouden. Mr. Van Camenhout, namens de burgerlijke partij, is van oordeel dat Poliart schuldig is en dat Janssens een meeloper was. Advocaat-generaal Basch weerlegt vervolgens de beweringen van de defensie. lnzake Janssens bevestigt de advocaat-generaal dat hij zich door zijn daden medeplichtig heeft gemaakt aan de drievoudige moordpoging waarvan Poliart wordt beschuldigd. Dat Poliart niet is geslaagd, is uitsluitend toe te schrijven aan zijn dronkenschap op het ogenblik van de feiten, maar alleszins was er de voorbedachtheid.
De advocaat-generaal zegt dat het dossier pleit voor de internering van de beklaagde, maar is van oordeel dat een gevangenisstraf met verzachtende omstandigheden meer is aangewezen. Het openbaar ministerie vraagt de jury negatief te antwoorden op de voorbedachtheid en de verantwoordelijkheid van Janssens, maar dat ze daarentegen voor Poliart met die omstandigheden rekening moet houden.
Mr. Vergauwen, verdediger van Poliart, herinnert de juryleden aan het mentale onevenwicht van zijn cliënt. Mr. De Bontridder, pleiter voor Janssens, blijft bij zijn stelling dat zijn cliënt een vergelijk wou vinden en zeker niet van plan was Poliart te helpen.
Mr. Humblet is van oordeel dat men voor Janssens iets moet doen in plaats van hem opnieuw naar Doornik te sturen. "Voor de eerste maal in zijn leven verwacht Janssens een glimlach, de uwe", zo wendt de pleiter zich tot de jury.
Poliart vraagt vervolgens vergiffenis aan zijn slachtoffer en haar ouders en zegt de feiten te betreuren. Janssens van zijn kant geeft de verzekering dat hij geen domme dingen meer zal doen.
De voorzitter leest vervolgens de 38 vragen voor die aan de jury worden gesteld. Even voor 3u trekt de jury zich terug. Na meer dan 3u beraadslagen werd Jean-Claude Poliart schuldig bevonden aan poging tot doodslag met voorbedachten rade, dus poging tot moord op zijn bijzit Madeleine Dussart en op haar moeder. Hij werd eveneens schuldig bevonden aan poging tot doodslag evenwel zonder voorbedachtheid, op de vader van zijn bijzit. Tenslotte werd hij ook schuldig verklaard aan huisvredebreuk, zowel bij de ouders van zijn bijzit als bij een buurman, en aan verboden wapendracht.
Zijn medebetichte, René Janssens, werd over heel de lijn onschuldig verklaard. Hij zal evenwel niet onmiddellijk vrijuit kunnen gaan, omdat hij nog een straf van enkele maanden moet uitzitten wegens andere feiten.
Advocaat-generaal Basch vroeg niet te vergeten welk gevaar Jean-Claude Poliart voor de maatschappij betekent. Mr. De Haene wees tenslotte nog op de verzachtende omstandigheden om de verantwoordelijkheid van Poliart en dus ook zijn straf te verminderen.
Bron: Gazet van Antwerpen | 2 Februari 1980