Topic: Namen: 11 November 1973
Samenvatting
Wat? Moord op een herbergiester
Waar? “Café de la Chaussée”, rue D'Arquet in Namen » Google Maps
Wanneer? 11 November 1973
Wie?
- Robert Pirlot
- Charles BrionWapen: Yzeren staaf en een mes
Status: Opgelost
Op het moment dat de twee mannen alleen waren in het café, wierpen zij zich op de uitbaatster en brachten haar langs achteren met een ijzeren staaf een slag op het hoofd toe. Toen Clemy nog bewoog hield één van de moordenaars haar hoofd omhoog, terwijl de andere haar de keel oversneed. De twee daders werden in december 1974 tot de doodstraf veroordeeld.
Robert Pirlot en Charles Brion:
Herbergierster vermoord te Namen
De 65-jarige herbergierster Victorine Scalais, die te Namen aan de rue D'Arquet de herberg “Café de la Chaussée” uitbaatte, werd zondagmorgen door een onbekende vermoord. Twee jongens, Jean-Luc Franceschi en Georges Scalasi, ontdekten omstreeks 10u het lijk. Toen de jongens voorbij de herberg kwamen, waren de gordijnen nog dicht, maar de voordeur stond op een kier. Zij vonden “Madame Clemy” (zoals de vrouw werd genoemd) in een bloedplas naast de juke-box. Alles getuigde van een hevige vechtpartij. De jongens spoedden zich dan ook naar een nabije frituur, van waaruit de politie werd verwittigd.
Victorine vertoonde een diepe wonde aan het hoofd en droeg een schort, wat aantoont dat zij aan het opruimen was. Waarschijnlijk werd de moord gepleegd in de zeer vroege ochtenduren, want de buren hoorden de hond van de herbergierster omstreeks 5u nog blaffen.
Een onderzoek werd ingesteld.
Bron: Gazet van Antwerpen | 12 November 1973
Aanhouding na moord te Namen
In de nacht van zaterdag op zondag werd de 62-jarige juffrouw Scalais in haar woning, Chaussée de Louvain te Namen, gewurgd. In gerechtelijke kringen wordt nu vernomen dat de gerechtelijke politie is overgegaan tot twee aanhoudingen en dat een derde nakend was.
Bron: Gazet van Antwerpen | 14 November 1973
Moordenaar van vrouw te Namen bekent
De man die in de nacht van zaterdag op zondag de 62-jarige mej. Scalais wurgde in haar woning aan de Chaussée de Louvain te Namen, werd aangehouden en heeft bekentenissen afgelegd. Het betreft de 26-jarige Robert Pirlot, die gescheiden leeft van zijn vrouw en woont aan de Boulevard du Nord te Namen, in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de misdaad. De 28-jarige Charles Brion, wonende Place Deschamps te Namen, wordt als zijn medeplichtige beschouwd en werd eveneens aangehouden. Hij ontkent echter de ten laste gelegde feiten.
Pirlot en Brion werden dinsdag opgeleid. Maandag waren door het parket van Namen reeds twee personen opgebracht en langdurig ondervraagd. Uit het verhoor bleek echter dat ze niets met de moord te maken hadden en ze werden dan ook dezelfde dag ’s avonds weer vrijgelaten.
Bron: Gazet van Antwerpen | 15 November 1973
Vier beschuldigden naar Luiks Assisenhof verwezen
De Kamer van inbeschuldigingstelling te Luik heeft vrijdag drie arresten geveld waardoor vier personen naar het Hof van Assisen werden verwezen. (…) De 33-jarige Charles Brion uit Malonne en de 27·jarige Robert Pirlot uit Namen omdat zij met een mes en met een ijzeren staaf de 62-jarige herberguitbaatster Victorine Scalais uit Namen hebben vermoord om van haar 3.000 fr. te stelen.
Bron: Gazet van Antwerpen | 5 Augustus 1974
Celmakkers vermoordden herbergierster te Namen
Victorine Scalais, voor haar vrienden “Clemy”, werd zondag 11 november 1973 in een kleine herberg aan de Leuvensesteenweg te Namen dood aangetroffen. Het lijk van de 62-jarige uitbaatster was deerlijk verminkt door een aantal messteken. Voor de gerechtelijke diensten begon een moeilijk onderzoek naar de laatste herbergbezoekers.
Na twee dagen en twee nachten en met de hulp van een jonge man uit Vedrin konden twee bekenden van het gerecht aangehouden worden. Het waren bovendien twee gevangenismakkers, die in hun cel de toekomstplannen smeedden die hen maandag voor het Hof van Assisen te Namen zullen brengen. De 27-jarige Robert Pirlot uit Seraing bekende medeplichtigheid aan de moord, maar zijn 33-jarige makker Charles Brion uit Namen ontkende alles, alhoewel hij door Pirlot formeel werd beschuldigd. Ten slotte gaf hij toe aan de misdaad te hebben deelgenomen maar niet de fatale slag te hebben toegebracht.
Keel overgesneden
Enkele dagen reeds koesterden zij plannen om Clemy - die naar haar zeggen wat geld had kunnen wegleggen - in haar herberg te overvallen. Brion had van de werf waar hij werkte een ijzeren staaf meegebracht. Zij aarzelden nog een tiental dagen, maar de avond van 11 november gingen zij bij Clemy een glaasje drinken en bleven er tot 3u 's morgens hangen. Alleen met de uitbaatster wierpen zij zich op haar en brachten haar langs achteren een slag op het hoofd toe. Toen Clemy nog bewoog hield een van de moordenaars haar hoofd omhoog, terwijl de andere haar de keel oversneed.
Er werden zelfs bloedvlekken op de muren aangetroffen. Vervolgens hebben de moordenaars geld gezocht. Alles wat zij vonden waren drie biljetten van duizend fr. Zij gingen er van door na de staaf en de bevlekte kleren in de Samber te hebben gegooid. ’s Anderendaags bezochten zij een bioscoop en het was pas twee dagen na de feiten dat zij aangehouden werden.
Brutaal
Van maandag af zullen de juryleden geconfronteerd worden met de brutaliteit van deze jonge mannen, die reeds tijdens vorige processen in het licht is gesteld. Brion kreeg al eens twee jaar gevangenisstraf wegens het toebrengen van slagen aan familieleden.
Voorzitter van het hof is raadsheer Wilwerth. Het openbaar ministerie is vertegenwoordigd door substituut Jean Lecomte en de verdediging is in handen van de advocaten Proesman en Joly van Namen.
Daar Mw. Scalais alleen leefde, zal er waarschijnlijk geen burgerlijke partij zijn. Het proces zal ongeveer drie dagen duren en 27 getuigen zullen worden opgeroepen.
Bron: Gazet van Antwerpen | 30 November 1974
Moordenaarsduo voor Assisenhof
Bij het Assisenhof van Namen, voorgezeten door de h. Wilwerth, raadsheer in het Hof van Beroep, begon maandag het proces ten laste van de 33-jarige Charles Brion uit Malonne, en van Robert Pirlot (27 jaar), uit Namen, beiden ervan beschuldigd op 11 november 1973 de caféhoudster mej. Victoire Scalais (62 jaar) te hebben vermoord. De bedoeling was de diefstal in het “Café de la Chaussée” te Bomal (Namen), gehouden door Mej. Scalais, gemakkelijker te maken. De misdaad gebeurde met voorbedachten rade en leverde het duo 3.000 frank op.
Bijzitters zijn de hh. Hagueman en Helvetius. Geen van de beschuldigden ontkennen hun aandeel in de misdaad maar ze beschuldigen elkaar ervan de waardin te hebben gewurgd. Voor de aanklacht zijn ze beiden evenzeer schuldig aan de misdaad.
Robert Pirlot, erg keurig in een lichtgrijs pak, met rode stippendas, wordt verdedigd door Mr. Proesman, van de balie van Namen, terwijl Charles Brion, die het bij een deftig donkergrijs kostuum heeft gehouden, verdedigd wordt door Mr. Joly, eveneens van de Naamse balie.
De jury, voorgezeten door de h. Hubin, is samengesteld uit negen mannen en drie vrouwen. Gedurende de zitting van maandagvoormiddag, las de advocaat-generaal de h. Lecomte, de akte van beschuldiging voor.
Bron: Gazet van Antwerpen | 3 December 1974
Getuigenverhoor in moordproces gestart
Op de tweede dag van het proces tegen Robert Pirlot (27) en Chartes Brion (33), beiden beschuldigd van moord op een herbergierster, werden de eerste getuigen gehoord.
Als eerste getuige van de dag kwam eerstaanwezend commissaris Delisse, van de gerechtelijke politie, verklaren hoe hij er na ondervraging van de laatste verbruikers in het café, toe kwam enkele vrachtwagenchauffeurs aan de tand te voelen. Onder hen bevond zich Pirlot, terwijl Brion ontdekt werd met behulp van vingerafdrukken op een bierglas dat enkele dagen na de moord nog altijd in de herberg stond.
Eerstaanwezend commissaris Arthur Jocket ondervroeg Pirlot, die zonder enig teken van ontroering en heel spontaan het verhaal gaf van zijn leven en van de feiten. Pirlot zei hem: “Ik ben naar Clemy toegegaan om geld los te maken. Ik voelde mij daartoe zedelijk verplicht tegenover Brion aan wie ik nog geld schuldig was.”
Verloofd
Na een kortere onderbreking hoorde het hof de verloofde van Pirlot. De man vertelde haar dat hij, toen hij te 4u in de ochtend aan het “Café de la Chaussée” voorbijkwam, de deur open zag staan en de bazin dood op de vloer zag liggen. Hij belde de politie niet op omdat dan alle vermoedens op hem zouden gevallen zijn vermits hij vroeger nog een gevangenisstraf had uitgezeten.
Uit de gevangenis schreef Piron aan zijn meisje: “Ik heb een advocaat om mij te verdedigen. Na regen komt zonneschijn en deze moeilijke ogenblikken gaan wel voorbij. Ik kan je zweren dat ik niemand gedood heb. Ik zweer het op het hoofd van m'n zoon …”
- Pirlot: “Die kleine is niet van mij ... , dus …”
- De advocaat-generaal: “U wou met dat meisje, een eerlijk kind, uw seksuele verlangens bevredigen.”
- Pirlot: “Neen”
Mr. Proesman, verdediger van Pirlot. protesteerde: “U zou mij toch eens moeten uitleggen wat er abnormaal is in het feit dat een man een jonge vrouw bemint en haar begeert”. De vrouwen van de beklaagden, die allebei in een echtscheidingsprocedure gewikkeld zijn, werden eveneens gehoord.
Artsen
Gerechtsarts Schmitz uitJambes heeft de lijkschouwing van het slachtoffer verricht. Naast een aantal verwondingen aan de schedel stelde hij het doorsnijden van de halsspieren, de keeladeren en de halsslagader vast. Het is volgens de arts niet alleen het oversnijden van de keel, maar ook het inslaan van de schedel die de dood veroorzaakte.
Dr. Hocq getuigde dat twee persoonlijkheden van een uiteenlopende psychologische structuur samen een criminele dynamiek hebben geschapen. Brion noemde hij onvolwassen, agressief, onstuimig. Pirlot schilderde hij als een introvert personage die zijn persoonlijkheid optrekt aan zijn misdaden. Over het intelligentiepeil van Brion zei de arts dat het op de grens van het lager gemiddelde te situeren is. Pirlot heeft een valorisatiecomplex, zo zei dr. Hocq nog, die tot besluit wees op het risico van nieuwe misdaden.
Voor de verdediging kwam psychiater Dumont zeggen dat Brion weliswaar verantwoordelijk is voor zijn daden, maar lijdt aan een gebrekkig aanpassingsvermogen.
Bron: Gazet van Antwerpen | 4 December 1974
Doodstraf voor Brion en Pirlot
Gisteren was het de laatste dag van het proces tegen de 33-jarige Charles Brion uit Malonne en de 27-jarige Robert Pirlot uit Namen, die beschuldigd worden van moord op de herbergierster Victorine Scalais. Na een striemend rekwisitoor van de advocaat-generaal en een kort wederwoord van de verdediging luidde het antwoord van de jury “ja” op alle schuldvragen. Kort na de middag werd het vonnis uitgesproken: Brion en Pirlot werden tot de doodstraf veroordeeld.
Advocaat-generaal Lecomte hield een kort maar vinnig rekwisitoor. "Wij staan hier voor twee mannen wier aanmatiging, agressiviteit en cynisme ons te boven gaan. In mijn tienjarige juridische ervaring heb ik nooit met zulke beschuldigden te maken gehad. Brion is een woesteling, een schurk, die overal vernieling zaait. Pirlot is de slang, wier venijn even dodelijk is als de klauwen van zijn spitsbroeder. Wat kan de onstuimigheid en het talent van twee jonge advocaten hun baten? Zij hebben de meest gewone, de meest verschrikkelijke misdaad gepleegd. Jullie hebben beiden gemoord. Jullie
handen zijn besmeurd met het bloed van Clemy. Dames en heren van de jury, ik vraag u ja te antwoorden op alle vragen”, aldus de advocaat-generaal.
Mr. Proesman. de advocaat van Pirlot, vertolkte in korte bewoordingen het standpunt van de verdediging betreffende de schuld van de beklaagden. “De feiten zijn erg. De advocaat-generaal heeft ze zo pas aangehaald met de lichte overdrijving die eigen is aan zijn rol. Er valt over de feiten niet te redetwisten en wij spreken er thans niet over. Wij vertrouwen u de beklaagde
toe”.
Om 9u35 waren de rekwisitoren en pleidooien beëindigd. Pirlot zei nog: “Ik heb een berg van spijt op het hart.” Brion had niets te verklaren. Voorzitter Wilwerth las de 14 vragen die betrekking hebben op opzettelijke doodslag met voorbedachten rade, als dader of medeplichtige voor beide beschuldigden, diefstal met geweldpleging voor beide beschuldigden als dader of mededader. Ten slotte is er de vraag of de doodslag werd gepleegd om de diefstal te vergemakkelijken of om de straffeloosheid ervan te verzekeren.
Schuldig bevonden
Het antwoord van de jury luidde “ja” op alle hoofdvragen. Brion en Pirlot worden dus als schuldig beschouwd aan doodslag op Victorine Scalais vrijwillig en met voorbedachten rade. Beiden pleegden de diefstal met geweld, met het doel te ontkomen aan hun straf.
Procureur-generaal Le Comte eiste vervolgens de doodstraf of levenslange dwangarbeid. “In heel hun dossier vond ik geen enkele verzachtende omstandigheid”, aldus de magistraat.
Meesters Joly en Proesmans namen dan opnieuw het woord ter verdediging van Brion en Pirlot Zij vonden een straf van twintig jaar dwangarbeid ruim voldoende. Om kwart over twaalf trokken de juryleden zich terug om te beraadslagen.
Doodstraf
Charles Brion en Robert Pirlot werden allebei tot de doodstraf veroordeeld. Geen van beiden reageerde op het vonnis. De voorzitter wees er hun op dat de uitgesproken straf niet zal verhinderen dat zij eens weer in vrijheid zullen worden gesteld. Brion streelde het hoofd van zijn advocaat, die weende …
Bron: Gazet van Antwerpen | 5 December 1974