Topic: André De Mol

Stilaan blijkt dat het onderzoek naar de aanslag op Herman Vernaillen van binnenuit gesaboteerd werd. Daar komt Vernaillen achter als hij op een dag in januari 1982 een brief in de post vindt. Een gedetineerde in Hoogstraten schrijft dat hij inlichtingen heeft over het moordplan op de majoor. De BOB van Asse verhoort de briefschrijver (*), een bakker en draaideurcrimineel uit de bende van garagist Willy D., bij wie getuigen de Mazda zagen vertrekken op de avond van de aanslag.

(…) De bakker (…) lost dat de maffiosi Gillet en Barbé en een paar BIC-leden vermoedelijk al voor de aanslag afwisten van de plannen. Hij weet dat, want hij fungeerde als postiljon tussen verschillende complotsmeden. Begin 1981 heeft hij briefjes gesmokkeld tussen BIC-ambtenaar Karel Clonen en de Nederlandse hasjtrafikant Job van Welij en in een van de briefjes was sprake van moordplannen op de majoor, georganiseerd door Farcy.

(...) Bellemans schakelt de BOB's van Brussel en Asse in en geeft ze opdracht de cellen te doorzoeken van Clonen en zijn medebeschuldigden in de zaak-François.

(...) 'Die avond, terwijl [Paul] Calluy nog daar was,' schrijft Herman Vernaillen in een memorandum voor de Bendecommissie, 'gaf Goffinon zonder de commandant wat te zeggen de in beslag genomen stukken terug aan de verdachten zonder dat ze grondig gecontroleerd waren. Goffinon heeft de celdoorzoekingen vermoedelijk verbrod. En hij bezorgde Clonen een kopie van de aangifte van de bakker.'

Alles lekt onmiddellijk uit in de kranten.(*) De onderzoeksrechter ontploft in een brief aan de procureur des Konings.

Bron: Het complot van de stilte | Hilde Geens

(*) De briefschrijver is André De Mol
(**) Dit lijkt te kloppen, want twee dagen na de celdoorzoekingen verschijnt onder meer dit in de pers:

Aanslag op Vernaillen beraamd in Brusselse gevangenis?

Sedert rijkswachtmajoor Herman Vernaillen samen met zijn echtgenote eind oktober in hun villa te Hekelgem werden neergekogeld, hebben de onderzoekers heel wat gegevens nagetrokken. Thans heeft onderzoeksrechter Bellemans een belangrijke stap voorwaarts gezet. Er werden documenten gevonden in de cellen van de vijf gedetineerden, drie BIC-inspecteurs en twee burgers, die beticht zijn in het "proces-François".

Daaruit zou blijken dat enkele betichten wel iets meer afweten van de "onbekenden" die de rijkswachtmajoor, welke het onderzoek in de "zaak-François" had geleid, overvielen.

Johan Declercq, Karel Clonen, André Deckers en de burgers Edgard Barbé en Albert Gillet werden in het grootste geheim naar de BOB van Brussel aan de Leuvenseweg overgebracht. Ze werden er grondig verhoord en er werden fotokopieën van hun documenten genomen, doch ze deden omtrent de aanslag geen enkele bekentenis.

Omdat voornoemd vijftal sedert november 1980 in de Brusselse gevangenis verblijft en de schietpartij te Hekelgem in oktober 1981 plaatshad, is het dus volledig uitgesloten dat deze betichten de werkelijke daders van de aanslag zijn.

Naar we uit goede bron vernamen heeft een andere gedetineerde een en ander verteld dat het onderzoeksteam genoeg gegevens bezorgde om enkele betichten in de "zaak-François" van medeplichtigheid bij de aanslag te verdenken.

Die man zou vele maanden voor de aanslag de inmiddels gevluchte Nederlandse antiquair Joop van Welij in de gevangenis met enkele BIC-inspecteurs hebben horen spreken over een boosaardig plan. De naam Vernaillen zou zelfs zijn geciteerd. Daarom is het de overtuiging van sommige speurders dat de vijf opgeslotenen in de "zaak-François", of enkelen van hen, meer weten over de aanslag dan tot dusver is gekend.

In elk geval houdt onderzoeksrechter Bellemans met alle mogelijkheden rekening. In de huidige stand van dit nieuw onderzoek is het vanzelfsprekend gevaarlijk voorbarige conclusies te trekken. Doch de gedetineerde, een Belg die uit de biecht begon te spreken, heeft in elk geval de naam van Joop van Welij in opspraak gebracht.

De gevangene lostte zoveel details, dat de speurders overtuigd geraakten dat die man geen leugens vertelde. Daaruit wordt door sommigen afgeleid dat de aanslag op rijkswachtmajoor Vernaillen maanden voordien in de gevangenis te Brussel werd gesuggereerd en misschien ook voorbereid. De vraag rijst dan echter: door wie?

Heel vreemd daarbij is dat Joop van Welij, die volgens het getuigenis van de gedetineerde, tot de samenzweerders zou behoren, eind juni van vorig jaar kon weglopen tijdens een verhoord op de BOB van Brussel. De 35-jarige Nederlander uit Mol, die in het "proces-François" zeven beschuldigingen achter zijn naam heeft, vroeg op die bewuste maandag 22 juni om zich eventjes naar de toiletten te mogen begeven. Dit werd hem toegestaan doch Van Welij daagde niet meer op en hij is sindsdien spoorloos gebleven.

Niet de geringste van onderzoeksrechter Bellemans' zorgen is de arrestatie van Joop van Welij. Zijn eerder gemakkelijke "verdwijning" uit het BOB-hoofdkwartier intrigeert de Brusselse magistraat. En is de teerling nog niet geworpen dan zitten de onderzoekers danig dicht bij de overwinning om de aanslag op de rijkswachtofficier te kunnen ophelderen.

Bron: Gazet van Antwerpen | 6 Februari 1982.

Re: André De Mol

Overval op ASLK-kantoor te Sint-Gillis-Dendermonde opgelost

De gewapende overval die op vrijdag 30 november van vorig jaar in een ASLK-kantoor te Sint-Gillis-Dendermonde werd gepleegd, lijkt opgelost. Een jongeman uit Asse, door het parket van Brussel wegens andere feiten aangehouden, verklaarde één van de daders te zijn van deze hold-up. Hij gaf ook de naam van zijn medeplichtige.

Op vrijdag 30 november verschenen in dit bankfiliaal in de Van Schoorstraat te Sint-Gillis-Dendermonde twee jongemannen met een kap over het hoofd getrokken. Alleen kantoorhouder Raymond Dierickx was rond 11 u. in de voormiddag in het kantoor.

"Argent" eisten de twee, beiden gewapend. De ene droeg een pistool, de andere een geweer. De buit bedroeg tussen 230.000 fr. en 240.000 fr. De dieven verdwenen met een grijze BMW, die dezelfde dag werd teruggevonden langs de Lindenlaan in Lebbeke. Het bleek dat de auto daags voordien gestolen was in het Brusselse.

Enkele dagen geleden werd André De Mol (23) uit Asse door het parket van Brussel aangehouden wegens andere feiten. Hij bekende ook de dader te zijn van de hold-up op 30 november 1979. Als medeplichtige duidde hij Albert De Coster (22) aan, eveneens uit Asse. Deze wordt hierover aan de tand gevoeld.

Bron: Gazet van Antwerpen | 12 september 1980

Kopstukken van dievenbende zwaar gestraft te Brussel

De Correctionele Rechtbank te Brussel velde vrijdag een vonnis t.o.v. 32 betichten, die zich moesten verantwoorden voor allerlei misdrijven, vooral in het Vlaamse landsgedeelte, gepleegd tussen 20 september 1978 en 13 november 1980.

Sommigen van hen bleken te hebben deelgenomen aan een zevental gewapende overvallen bij particulieren, firma’s, pompstations of de ASLK. De bende was eveneens betrokken bij de diefstal van 45 voertuigen en deinsde er niet voor terug grote hoeveelheden autobanden in brand te steken. Met behulp van valse identiteitspapieren lichtten ze de Bank Brussel Lambert en twee firma’s op voor 250.000 fr. Voor opzettelijk veroorzaakte auto-ongevallen lieten ze zich bovendien 100.000 fr. uitkeren door verzekeringsmaatschappijen. Sommige betichten roofden eveneens voor 400.000 fr. materiaal.

De leiders van de bende liepen zware straffen op. Zo werd de 28-jarige Willy De Schepper, garagist uit Asse, veroordeeld tot zeven jaren cel, de 23-jarige André De Mol, bakker uit Asse, tot vijf jaren cel en de 22-jarige Albert De Coster, fabrieksarbeider uit Asse tot vier jaren cel.

Andere betichten kregen minder zware straffen. De 27-jarige Alfons Nevens, stadswerkman uit Aalst, kreeg drie jaren en zes maanden cel, de 23-jarige Ivo Brioso, lasser uit Merchtem, drie jaren cel, de 22-jarige François Plattiau, handlanger uit Asse, drie jaren cel waarvan zes maanden met uitstel, de 21-jarige Gilbert Colot, metselaar uit Meise, drie jaren cel waarvan een jaar met uitstel, de 22-jarige Freddy Colot, tuinier uit Meise, drie jaren cel waarvan de helft met uitstel, de 22-jarige Jean-Pierre Russeveldt, autobegeleider uit Asse, drie jaren cel waarvan twee jaar met uitstel, de 60-jarige Armand Van Haute uit Hekelgem drie jaren cel met een uitstel voor het gedeelte dat hij nog niet uitzat, de 19-jarige Rudy Delmoitie, arbeider uit Asse, twee jaren cel met een uitstel voor het gedeelte dat hij nog niet uitzat.

Verder: de 18-jarige Hubert Vercammen, plaatslager uit Anderlecht, achttien maanden cel, de 26-jarige Luc Mertens, autobegeleider uit Asse, eveneens achttien maanden cel maar met een uitstel voor de helft, de 28-jarige Roger Masson, regelaar uit Hekelgem, en de 19-jarige Jan De Coninck uit Wemmel, elk een jaar cel met uitstel en 8.000 fr. boete.

Tien andere betichten kregen straffen van zes maanden cel of minder. Zes betichten werden ten slotte vrijgesproken.

Bron: Gazet van Antwerpen | 25 april 1981